De interimanalyse heeft betrekking op 538 patiënten. De mediane leeftijd was 58 jaar; 65% waren mannen, en 31% respectievelijk 69% hadden stadium II en III ziekte. De patiënten werden tussen februari 2013 en november 2018 1:1:1 gerandomiseerd naar een jaar adjuvant S-1 (40-60 mg tweemaal daags gedurende vier van iedere zes weken), een half jaar SOX (S-1 twee van elke drie weken plus oxaliplatine 130 mg/m2) of een half jaar SOXRT (SOX plus 45 Gy radiotherapie). Het primaire eindpunt van de studie was ziektevrije overleving. Adverse events waren volgens verwachting en manageable. De DFS in de S-1 arm was significant korter dan in de SOX-arm (HR 0,617; p=0,016) en dan in de SOXRT-arm (HR 0,686; p=0,057), met drie-jaars DFS 65% met S-1, 78% met SOX, en 73% met SOXRT. Er was geen statistisch significant DFS-verschil tussen SOX en SOXRT (HR 0,91; p=0,7=667). Gebaseerd op deze resultaten is de studie voortijdig beëindigd.
De onderzoekers concluderen dat in patiënten met curatief D2-geresecteerd, stadium II of III klierpositief GC adjuvant SOX en SOXRT vergeleken met alleen S-1 resulteerde in significante verlenging van de DFS.
1.Park SH et al. ASCO Annual Meeting 2019; abstr. 4001
Summary: Interim results of a phase 3 study in South Korea show that in patients with curatively D2-resected, stage II/III, node-positive gastric cancer, adjuvant S-1 plus oxaliplatin with or without radiotherapy prolonged disease-free survival compared to S-1 monotherapy.