Naarmate de diagnosemethoden en behandelingen voor maligniteiten beter worden zal het aantal oudere overlevers toenemen. Een longitudinale cohortstudie heeft het fractuurrisico van oudere overlevers vergeleken met dat van oudere volwassenen zonder geschiedenis van een maligniteit. Dr. Erika Rees-Punia (American Cancer Society, Kennesaw GA) en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.¹


De studie is gebaseerd op gegevens van 92.431 oudere deelnemers in het US Cancer Prevention Study II Nutrition Cohort, gelinkt met Medicare claims. De gemiddelde leeftijd was 69,4 jaar (SD 6,0), 56% van de deelnemers waren vrouwen, en 97,9% waren blank. In het cohort waren 12.943 deelnemers met een fragiliteit-gerelateerde botfractuur. Vergeleken met deelnemers zonder geschiedenis van een maligniteit, hadden overlevers van een gevorderde maligniteit gediagnostiseerd tussen één en vijf jaar voorafgaand een fractuur een hoger fractuurrisico (HR 2,12; 95%-bti 1,75-2.58). Deze risicoverhoging werd voornamelijk gedreven door vertebrale (HR 2,46; 95%-bti 1,93-3,13) en pelvische (2,46; 1,84-3,29) fractuurlocaties. Chemotherapie was geassocieerd met verhoogd fractuurrisico. Er was geen significante associatie tussen fractuurrisico en fysieke activiteit. Current smoking was geassocieerd met verhoogd fractuurrisico (HR 2,27; 95%-bti 1,55-3,33).

De onderzoekers concluderen dat oudere overlevers van een maligniteit een verhoogd fractuurrisico hadden vergeleken met leeftijdsgenoten zonder geschiedenis van een maligniteit.

1.Rees-Punia E, Newton CC, Parsons HM et al. Fracture risk among older cancer survivors compared with older adults without a history of cancer. JAMA Oncol 2022.5153

Summary: A cohort study using data from 92.431 older adults found that older adults with a history of cancer, compared with older adults without such history, had an elevated risk of bone fracture.