Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Gebruik van postmenopauzale hormoontherapie en risico van histologie- en receptor-gedefinieerd mammacarcinoom


Dr. Roni FalkMenopauzale hormoontherapie (MHT) is geassocieerd met verhoogd risico van mammacarcinoom (BC), maar studies die deze associatie hebben vastgesteld hebben alleen MHT-gebruik bij inclusie in overwegingen genomen. Een analyse in het prospectieve NIH-AARP cohort heeft onderzocht of verandering in MHT-gebruik van invloed is op de risicoverhoging, en of het risico verschilt voor invasieve versus in-situ ziekte, voor BC met verschillende histologiesubtypen, en voor BC met verschillende hormoonreceptor-gedefineerde subtypen. Dr. Roni Falk (National Cancer Institute, Bethesda MD) en collega’s publiceren de analyse in Breast Cancer Research.1

Het cohort bestaat uit 118.760 vrouwen die in 1996 zijn geïncludeerd in de leeftijd van 50 tot en met 71 jaar, die bij inclusie informatie gaven over gebruik van MHT: alleen oestrogeen (ET) of oestrogeen plus progestin (EPT). Onder deze vrouwen waren er 75.398 (63,5%) die zowel bij inclusie als bij follow-up in 2004 informatie over MHT-gebruik gaven. Tijdens de follow-up werd BC vastgesteld in 8333 deelneemsters, onder wie 2479 met follow-up gegevens in 2004. BC-risico was niet geassocieerd met ET-gebruik bij baseline (HR 1,05; 95%-bti 0,95 -1,16) maar wel bij vrouwen die tijdens de follow-up in 2004 aangaven nog steeds ET te gebruiken (HR 1,35; 95%-bti 1,04-1,75). BC-risico was wel geassocieerd met baseline EPT gebruik (HR 1,54; 95%-bti 1,44-1,64), met verdubbeling van het risico van in situ disease en van histologie-gedefinieerde en ER/PR-status gedefinieerde ziekte in geval van gebruik gedurende meer dan tien jaar (alle p<0,004). De risicoverhoging bleef bestaan in vrouwen die in 2004 nog steeds EPT gebruikten (HR 1,80; 95%-bti 1,39-2,32), maar was niet langer statistisch significant in vrouwen die EPT-gebruik beëindigden voor 2004 (HR 1,14; 95%-bti 0,99-1,30).

De onderzoekers concluderen dat baseline ET-gebruik niet geassocieerd was met BC-risico, maar dat na acht jaar gebruik het risico wel verhoogd was. Baseline EPT-gebruik was geassocieerd verhoogd risico van BC-subtypen, met verdere verhoging van het risico bij aanhoudend gebruik tot de follow-up analyse in 2004.

1.Wang S-M, Pfeiffer RM, Gierach GL, Falk RT. Use of postmenopausal hormone therapies and risk of histology- and hormone receptor-defined breast cancer: results from a 15-year prospective analysis of NIH-AARP cohort. Breast Cancer Res 2020;22:29

Summary: Fifteen-year prospective analysis of the NIH-AARP cohort found that use of estrogen-alone menopausal hormone therapy was not associated with breast cancer risk, although excess risk was suggested in women with longer than 8 years of use. Estrogen plus progestin MHT use was linked to elevated in-situ and invasive disease across invasive BC histologic and hormone receptor-defined subtypes, with the highest risk for women who continued use for longer than 8 years.

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren