Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Gerandomiseerde fase 2-studie van nivolumab plus SBRT versus alleen nivolumab voor mHNSCC


Dr. Nancy LeeIn patiënten met metastatisch squameus celcarcinoom van hoofd of hals (mHNSCC) is slechts bescheiden objectieve respons gezien op single-agent anti-PD-1 therapie. Er zijn aanwijzingen voor synergie tussen radiotherapie en immuuntherapie voor sommige typen maligniteiten. Een gerandomiseerde fase 2-studie van Memorial Sloan Kettering Cancer Center (New York) heeft de waarde onderzocht van toevoegen van stereotactic body radiotherapy (SBRT) aan nivolumab voor mHNSCC. Dr. Nancy Lee en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.1

De studie includeerde mHNSCC-patiënten met tenminste twee metastatische lesies. Alle patiënten kregen intraveneus nivolumab 3 mg/kg iedere twee weken. De patiënten werden gerandomiseerd naar wel (n=32) of niet (n=30) driemaal 9 Gy SBRT naar één lesie. Het primaire eindpunt was objectieve respons in de niet-bestraalde lesies. Voor dit eindpunt was er geen statistisch significant verschil tussen de SBRT-groep (34,5%) en de controlegroep (29,0%; p=0,86). Er waren ook geen statistisch significante verschillen tussen beide groepen voor overall survival (p=0,75), progressievrije overleving (p=0,79), of duur van respons (p=0,26). Frequentie van graad 3 tot en met 5 toxiciteiten was evenmin verschillend (13,3% versus 9,7%; p=0,70).

De onderzoekers concluderen dat toevoegen SBRT aan nivolumab niet resulteerde in een abscopaal effect en verbetering van respons in patiënten met mHNSCC.

1.McBride S, Sherman E, Tsai CJ et al. Randomized phase II trial of nivolumab with stereotactic body radiotherapy versus nivolumab alone in metastatic head and neck squamous cell carcinoma. J Clin Oncol 2020; epub ahead of print

Summary: A randomized phase 2 study at Memorial Sloan Kettering Cancer Center (New York) evaluated addition of SBRT to nivolumab for mHNSCC patients with at least two metastatic lesions, of which one was irradiated. Addition of SBRT did not significantly improve objective response in non-irradiated lesions (34.5% versus 29.0%; p=0.86), OS (p=0.75), PFS (p=0.79), and duration of response (p=0.26).

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren