Cycline-afhankelijke
kinase 4- en 6-remmers (CDK4/6i) in combinatie met endocriene therapie
verbeteren de uitkomsten van patiënten met HR-positief HER2-negatief gevorderd
mammacarcinoom (aBC), en kunnen vroeg worden gebruikt als eerstelijns
behandeling of uitgesteld tot tweedelijns behandeling. Er zijn tot op heden
geen gerandomiseerde studies gepubliceerd die gebruik van CDK4/6i in de eerste
en tweedelijn vergeleken. De Nederlandse multicenter fase 3-studie SONIA
randomiseerde patiënten naar CDK4/6i in de eerste versus de tweede lijn. Prof.
Gabe Sonke (NKI Amsterdam) en collega’s publiceren de studie in Nature.1
SONIA
includeerde 1050 patiënten die niet eerder behandeld waren voor aBC. De
endocriene therapie was dezelfde voor alle patiënten: een aromataseremmer in de
eerste lijn en fulvestrant in de tweede lijn. Het primaire eindpunt was tijd
tussen randomisatie en progressie na tweedelijns behandeling (PFS2). Er was
geen significant verschil is PFS2 tussen beide groepen (mediaan 31,0 maanden
met CDK4/6i in eerste lijn versus 26,8 maanden met CDK4/6i in tweede lijn; HR
0,87; p=0,10). De gezondheids-gerelateerde kwaliteit van leven was niet
verschillend tussen beide groepen. CDK4/6i-gebruik in eerste lijn was
geassocieerd met langere duur van CDK4/6i-behandeling en meer graad 3 of hoger adverse events.
De
onderzoekers concluderen dat deze resultaten vragen oproepen over de noodzaak
van het gebruik van CDK4/6i in de eerste lijn voor alle patiënten.
1.Sonke
GS, van Ommen-Nijhof A, Wortelboer N et al. Early versus deferred use of CDK4/6 inhibitors in advanced breast
cancer. Nature 2024; epub ahead of print
Summary: The
multicenter phase 3 SONIA trial in The
Netherlands found no significant benefit for the use of CDK4/6i as a first-line
compared with second-line treatment for HR-positive, HER2-negative advanced
breast cancer.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)