Het standaard-management
voor smeulend multipel myeloom (SMM) is observatie. Een multicenter
gerandomiseerde studie in de Verenigde Staten vergeleek vroege
lenalidomide-interventie met observatie voor SMM. Prof. Sagar Lonial (Emory
University, Atlanta GA) en collega’s publiceren de studie online in het Journal of Clinical
Oncology.1
De studie
includeerde patiënten met intermediair- of hoog-risico SMM, die werden
gerandomiseerd naar oraal lenalidomide 25 mg op dagen 1 tot en met 21 van
vierweekse cycli (n=92) of observatie (n=90), tot ziekteprogressie of
niet-acceptabele toxiciteit optrad. Het primaire eindpunt van de studie was
progressievrije overleving. De mediane follow-up was op het moment van de nu
gepubliceerde analyse 35 maanden. Respons werd gezien in 50% van de patiënten
in de lenalidomide-arm (95%-bti 39-61) versus geen van de patiënten in de
observatie-arm. De progressievrije overleving was significant langer met lenalidomide dan met
observatie (HR 0,28; p=0,002). De PFS na één, twee, en drie jaar was 98% versus
89%, 93% versus 76%, en 91% versus 76%. Tot op heden overleden twee patiënten
in de lenalidomide-arm en vier patiënten in de observatie-arm. Graad 3 of 4
niet-hematologische adverse events
werden gezien in 28% van de lenalidomide-patiënten.
De
onderzoekers concluderen dat vroege interventie met lenalidomide voor SMM
resulteerde in significant uitstel van progressie tot symptomatisch multipel
myeloom.
1.Lonial S, Jacobus S, Fonseca R et
al. Randomized trial of lenalidomide versus observation in smoldering multiple
myeloma. J Clin Oncol 2019; epub ahead of print
Summary: A multicenter randomized study compared lenalidomide versus observation for multiple myeloma. The study found
that early intervention with lenalidomide in SMM significantly delayed progression to symptomatic
multiple myeloma.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)