
De studie includeerde alle patiënten met tussen april 2005 en januari 2018 een IMD-diagnose van mammacarcinoom, longcarcinoom, of melanoom (n=22.676), en controlepatiënten met dezelfde primaire ziekte maar zonder IMD. Onder de patiënten met IMD was post-IMD TT geassocieerd met langere overleving in patiënten met HER2-positief mammacarcinoom (HR 0,41; 95%-bti 0,33-0,50), EGFR-positief longcarcinoom (0,28; 0,23-0,34), en BRAF-positief melanoom (0,20; 0,14-0,29) vergeleken met patiënten die geen post-IMD TT kregen. Onder patiënten die TT kregen was aanwezigheid van IMD geassocieerd met kortere overleving van patiënten met metastatisch HER2-positief mammacarcinoom (HR 1,80; 95%-bti 1,56-2,08) en metastatisch EGFR-positief longcarcinoom (1,22; 1,08-1,39), maar niet metastatisch BRAF-positief melanoom (1.11; 0,77-1,61) vergeleken met patiënten zonder IMD.
De onderzoekers concluderen dat er een associatie was tussen real-world gebruik van TT en verlengde overleving van patiënten met IMD van HER2-positief mammacarcinoom, EGFR-positief longcarcinoom, en BRAF-positief melanoom.
1.Erickson AW, Habbous S, Wright F et al. Assessing the association of targeted therapy and intracranial metastatic disease. JAMA Oncol 2021.1600
Summary: A retrospective study in Ontario found that targeted therapies were associated with improved survival of intracranial metastatic disease from HER2-positive breast cancer, EGFR-positive lung cancer, of BRAF-positive melanoma