Er is geen duidelijkheid over de waarde van adjuvante chemotherapie na primaire cytoreductieve chirurgie (CRS) voor gevorderd-stadium laaggradig sereus ovariumcarcinoom. Een analyse van de National Cancer Database heeft deze waarde geïnventariseerd. Dr. Dimitrios Nasioudis (University of Pennsylvania, Philadelphia) en collega’s publiceren de analyse in het International Journal of Gynecological Cancer.¹


In de NCDB identificeerden de onderzoekers 618 patiënten die tussen begin 2010 en eind 2015 CRS ondergingen voor stadium II tot en met IV laaggradig sereus ovariumcarcinoom; onder deze patiënten waren er 501 (81,1%) die adjuvante chemotherapie kregen en 117 (18,9%) die geen adjuvante chemotherapie kregen. De mediane follow-up was 48 maanden. Er was geen significant verschil in vier jaars overall survival percentage tussen de groep die wel en de groep die geen adjuvante chemotherapie kreeg (77,5% versus 76,1%). Na correctie voor leeftijd, comorbiditeiten, ziektestadium, en residuele-ziektestatus was toediening van adjuvante chemotherapie niet geassocieerd met betere OS (HR 0,87; 95%-bti 0,55-1,38). Omissie van adjuvante chemotherapie na CRS voor stadium III-IV sereus ovariumcarcinoom was niet geassocieerd met slechtere progressievrije overleving (HR 1,25; 95%-bti 0,0-1,95).

De onderzoekers concluderen dat adjuvante chemotherapie na CRS voor gevorderd laaggradig sereus ovariumcarcinoom niet geassocieerd was met overlevingswinst.

1.Nasioudis D, Wang X, Dhillon G et al. Impact of adjuvant chemotherapy on the overall survival of patients with advanced-stage low-grade serous ovarian carcinoma following primary cytoreductive surgery. Int J Gynecol Cancer 2023-004745

Summary: Analysis of the National Cancer Database found that among patients with advanced-stage low-grade serous carcinoma who underwent primary cytoreductive surgery, adjuvant chemotherapy was not associated with an overall survival benefit.