Prof. Ayalew
Tefferi (Mayo Clinics, Rochester MN) en collega’s hebben een studie uitgevoerd
van de impact van gender op overleving in 1494 patiënten met essentiële
trombocytemie (ET). Ze publiceren de studie online in het American Journal of
Hematology.1 De studie is uitgevoerd in twee centra: de Mayo
Clinic (904 patiënten, 65% vrouwen) en de universiteit van Florence in Italië (590
patiënten, 65% vrouwen).
De
risicodistributie volgens de International
Prognostic Score for ET (IPSET) in het Mayo-cohort was 23% hoog-risico, 42%
intermediair-risico, en 35% hoog-risico. In multivariate analyse inclusief
IPSET-risicofactoren waren mannelijk geslacht (HR 1,6; 95%-bti 1,3-2,0),
leeftijd zestig jaar of ouder (HR 4,3; 95%-bti 3,4-5,4), en leukocytengetal
hoger dan 11x109/l (HR 1,5; 95%-bti 1,3-1,9) onafhankelijke voorspellers
van kortere overleving. Deze uitkomsten werden bevestigd in het Italiaanse
cohort, met voor mannelijk geslacht HR 1,6 (95%-bti 1,1-2,5), voor leeftijd
zestig jaar of ouder HR 4,6 (95%-bti 2,2-9,5), en voor leukocytengetal hoger
dan 11x109/l HR 1,8 (95%-bti 1,1-2,8). Het onafhankelijke
prognostische effect van geslacht werd verder versterkt door een afzonderlijke
multivariate analyse in de verschillende IPSET-risicocategorieën.
De
onderzoekers concluderen dat de studie suggereert dat vrouwen met ET langer
leven dan mannen met ET.
1. Tefferi
A, Betti S, Barraco D et al. Gender and survival in essential thrombocythemia:
A two-center study of 1,494 patients. Am J Hematol 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)