
De analyse includeerde 211 vrouwen met een diagnose mammacarcinoom op jeugdige leeftijd (gemiddelde leeftijd bij diagnose 47 jaar; gemiddelde leeftijd bij inclusie 48,1 jaar) en 567 vrouwen zonder maligniteit in hetzelfde cohort (gemiddeld leeftijd bij inclusie 44,7 jaar). Gedurende gemiddeld 5,8 jaar follow-up werd een bepaling van de botdichtheid gerapporteerd door 66% van de patiënten en 53% van de vrouwen in de controlegroep. In totaal werden in het cohort 112 incidente gevallen van osteopenie of osteoporose vastgesteld. Het risico van osteopenie en osteoporose was 68% hoger in de overlevers dan in de vrouwen zonder maligniteit (HR 1,68; 95%-bti 1,12-2,50). De associatie was sterker onder patiënten met een recente diagnose (na minder dan twee jaar follow-up) vergeleken met hun controlepersonen (HR 2,74; 95%-bti 1,37-5,47). Het risico van osteopenie of osteoporose, vergeleken met controlevrouwen, was ook verhoogd onder overlevers jonger dan 51 jaar, overlevers met ER-positieve tumoren, en overlevers die waren behandeld met aromataseremmers met of zonder chemotherapie plus enige hormoontherapie.
De onderzoekers concluderen dat jonge overlevers van mammacarcinoom vergeleken met vrouwen zonder maligniteit een verhoogd risico van osteopenie en osteoporose hadden.
1.Ramin C, May BJ, Roden RBS et al. Evaluation of osteopenia and osteoporosis in younger breast cancer survivors compared with cancer-free women: a prospective cohort study. Breast Cancer Res 2018; epub ahead of print
Summary: An analysis of a cohort of women with familiar risk of breast cancer showed that in survivors of breast cancer at a young age (mean age at diagnosis 47 years) the risk of osteopenia and osteoporosis was higher than in cancer-free women in the same cohort.