
Er waren 674 patiënten met pT3N0-ziekte (46,2%) en 786 patiënten met pT4aN0-ziekte (53,8%). Van de patiënten met pT3N0-ziekte kreeg ongeveer 72,0% PORT, en van de patiënten met pT4aN0-ziekte kreeg ongeveer 50,1% PORT. In univariate analyse was PORT niet geassocieerd met statistisch significant betere OS in de groep patiënten met pT3N0-ziekte (HR 0,84; 95% 0,62-1,14) maar wel geassocieerd met statistisch significant betere overleving in de groep patiënten met pT4aN0-ziekte (HR 0,57; 95%-bti 0,45-0,71). Ook in analyses gecorrigeerd voor leeftijd hoger dan 65 jaar, ernst van comorbiditeiten, en aantal verwijderde lymfeklieren was PORT in pT3N0-ziekte niet en in pT4aN0-ziekte wel geassocieerd met betere overleving.
De onderzoekers concluderen dat PORT geen overlevingsvoordeel biedt aan patiënten met pT3N0 larynx SCC met negatieve chirurgische marges, maar wel aan patiënten met pT4aN0-ziekte, en dat in de Verenigde Staten ongeveer de helft van deze laatste groep patiënten desondanks geen PORT krijgt.
1.Graboyes EM, Zhan KY, Garrett-Mayer E et al. Effect op postoperative radiotherapy on survival for surgical managed pT3N0 and pT4aN0 laryngeal cancer: Analysis of the National Cancer Data Base. Cancer 2017; epub ahead of print