Inclusief het extension cohort telde de studie 67 patiënten, onder wie 21 AA (31%). Er waren geen significante associaties tussen ras en baseline tumorstadium (p=0,40), PD-L1 status (p=0,92), en stroma tumorinfiltrerende lymfocytengetal (p=0,57). Het primaire eindpunt van de studie was percentage patiënten met pathologisch complete respons. pCR werd gezien in 43% van de AA patiënten versus 48% van de niet-AA patiënten (p=0,71). Het drie-jaars gebeurtenisvrije-overlevingspercentage was 71,4% versus 78,3% (p=0,474), en het drie-jaars overall survival percentage was 81% versus 87% (p=0,405). Ook de incidentie van irAEs was similar in beide groepen, en er waren geen significante associaties tussen irAEs en pCR.
De onderzoekers concluderen dat AA-ras geen significante impact had op werkzaamheid en veiligheid van neoadjuvant durvalumab plus chemotherapie voor vroeg-stadium TNBC.
1.Foldi J, Kahn A, Silber A et al. Clinical outcomes and immune markers by race in a phase I/II clinical trial of durvalumab concomitant with neoadjuvant chemotherapy in early-stage TNBC. Clin Cancer Res 2022; epub ahead of print
Summary: To evaluate the safety and efficacy of neoadjuvant durvalumab plus chemotherapy for stage I-III TNBC by race, a phase 1-2 study at Yale University (New Haven, CT) enrolled additional AA patients. The study found that pCR rates, 3-year EFS and 3-year OS after neoadjuvant chemoimmunotherapy were similar in AA and non-AA patients. Toxicities were also similar