Het is in theorie denkbaar dat uitstel van de SLNB na de diagnose cutaan melanoom van invloed is op de uitkomsten; hetzij in ongunstige zin vanwege groei en disseminatie van metastasen, of in gunstige zin vanwege de ontwikkeling van een antimelanoom-immuunrespons. De beschikbare data over de impact van uitstel van SLNB na de diagnose op de overleving zijn afkomstig uit kleine studies, en de conclusies zijn tegenstrijdig. Dr. Mark Faries (The Angeles Clinic and Research Institute, Los Angeles CA) en collega’s hebben dit onderwerp bestudeerd in een groot cohort. Ze publiceren hun studie online in het Journal of the American College of Surgeons.¹

De onderzoekers analyseerden uitkomsten van 2483 patiënten die tussen begin 1999 en eind 2015 in Los Angeles lokale excisie en SLNB ondergingen. Positieve schildwachtklieren werden gezien in 432 patiënten (17,4%). De meerderheid van de patiënten (58%) onderging ‘vroege’ SLNB, gedefinieerd als minder dan dertig dagen na de diagnose. Van de positieve schildwachtklieren werd 63% gezien in patiënten die vroege SLNB ondergingen. Er waren geen verschillen tussen beide groepen in man/vrouw-verhouding, anatomische locatie van het melanoom, of histopathologische kenmerken. Er werd ook geen verschil gezien tussen beide groepen in melanoom-specifieke overleving of ziektevrije overleving. Validatie in het cohort van de Multicenter Selective Lymphadenectomy Trial-1 liet evenmin verschil zien in uitkomsten van patiënten met vroege versus late SLNB.

De onderzoekers concluderen dat in deze grote studie geen ongunstige impact is gezien van uitstel van SLNB tot meer dan dertig dagen na de diagnose cutaan melanoom. Gegevens van de MSLT-1 studie bevestigen deze conclusie. Patiënten kunnen worden gerustgesteld dat uitstel van de operatie geen schade veroorzaakt.

1.Nelson DW, Stem S, Elashoff DE et al. Impact of time between diagnosis and SLNB on outcomes in cutaneous melanoma. J Am Coll Surg 2017; epub ahead of print