Prof.
Meinolf Karthaus (Städtisches Klinikum München) en collega’s hebben een
multinationale studie uitgevoerd van de impact van de RAS/BRAF-status van de tumoren op de uitkomsten van eerstelijns
panitumumab plus FOLFIRI voor metastatisch colorectaalcarcinoom. De studie is online gepubliceerd in het British
Journal of Cancer.1 Deelnemers aan de studie waren 154 patiënten
die iedere veertien dagen panitumumab plus FOLFIRI kregen.
Het primaire
eindpunt van de studie was objectieve respons. Deze werd meer frequent gezien
in RAS-wildtype (59%) dan in RAS-mutant (41%) mCRC, en was eveneens frequent
meer in RAS-wildtype/BRAF-wildtype (68%) dan in RAS- of BRAF-mutant (37%) ziekte. De mediane duur van de respons was langer
in RAS-wildtype (13,0 maanden) dan in
RAS-mutant (5,8 maanden) mCRC (HR
0,16). De mediane progressievrije overleving was langer in RAS-wildtype dan RAS-mutant
mCRC (11,2 versus 7,3 maanden; HR 0,37) en was eveneens langer in RAS-wildytpe/BRAF-wildtype dan in RAS-
of BRAF-mutant mCRC (13,2 versus 6,9
maanden; HR 0,25). De incidentie van bijwerkingen verschilde niet in relatie
tot RAS/BRAF-status. Onder patiënten met RAS-wildtype tumoren was de ORR 67% bij hoge amfireguline-expressie
bij aanvang van de behandeling en 38% bij lage baseline AREG-expressie.
De
onderzoekers concluderen dat eerstelijns panitumumab plus FOLFIRI goed
verdragen werd en geassocieerd was met gunstige werkzaamheid in patiënten met RAS-wildtype en RAS-wildtype/BRAF-wildtype
versus –mutant mCRC-tumoren.
1.Karthaus
M, Hofheinz R-D, Mineur L et al. Impact of tumour RAS/BRAF status in a first-line study of panitumumab +
FOLFIRI in patients with metastatic colorectal cancer. Br J Cancer 2016; epub
ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)