BRAFV600, NRAS, TP53 en BRAFNon-V600zijn
de meest-waargenomen mutaties in niet-acraal cutaan melanoom. In verscheidene
studies zijn klinische en pathologische kenmerken onderzocht die samenhangen
met de twee eerstgenoemde typen mutaties. Dr. Michael Davies (MD Anderson
Cancer Center, Houston) en collega’s hebben nu een studie uitgevoerd van
kenmerken en uitkomsten van cutaan melanoom met TP53- en BRAFNon-V600-mutaties.
De studie is online gepubliceerd in Cancer.1
De studie
had 926 deelnemers met niet-acraal cutaan melanoom. De prevalentie van BRAFV600, NRAS, TP53 en BRAFNon-V600–mutaties
was 43%, 21%, 19% en 7%. Deze figuur toont de belangrijkste uitkomsten van de studie. Aanwezigheid van TP53-mutatie was geassocieerd met oudere
leeftijd (p=0,019), primaire tumor op hoofd en hals (p=0,0001) en langere
overall survival vanaf de diagnose van stadium IV-ziekte in univariate
(p=0,039) en multivariate (p=0,015) analyse. BRAFNon-V600–mutaties waren geassocieerd met
oudere leeftijd (p=0,005), maar niet met kenmerken van primaire tumor of OS
vanaf de diagnose van stadium IV-ziekte. Noch TP53-mutaties noch BRAFNon-V600–mutaties waren significant gecorreleerd met OS bij frontline
ipilimumab-behandeling, en de TP53-status
was niet significant gecorreleerd met uitkomsten bij frontline BRAF-remmer
therapie. Elf patiënten met BRAFNon-V600–mutaties werden behandeld met een BRAF-remmer. Drie van deze patiënten
waren niet evaluaeerbaar voor respons vanwege stoppen van de behandeling wegens
toxiciteiten; in de acht overige patiënten was progressieve ziekte de beste
respons.
De
onderzoekers concluderen dat de studie inzicht verschaft in
klinisch-pathologische kenmerken die geassocieerd zijn met TP53- en BRAFNon-V600–mutaties van cutaan melanoom.
1.Kim
DW, Haydu LE, Joon AY et al. Clinicopathological
features and clinical outcomes associated with TP53 and BRAFNon-V600 mutations
in cutaneous melanoma patients. Cancer 2016; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)