Er zijn
aanwijzingen voor een rol van mutaties in PIK3CA
en ESR1 in de resistentie van
HR-positief metastatisch mammacarcinoom (MBC) tegen endocriene therapie. Een
secundaire analyse van de MONARCH 2-studie (abemaciclib plus fulvestrant versus
placebo plus fulvestrant voor HR-positief MBC) heeft de klinische relevantie
onderzocht van PIK3CA- en ESR1-mutaties gedetecteerd in
circulerend tumor DNA (ctDNA) en DNA in gearchiveerde FFPE-monsters) voor de
respons op toevoeging van abemaciclib aan de behandeling. Dr. Sara Tolaney
(Dana-Farber Cancer Institute, Boston MA) presenteeert de analyse op de Annual Meeting van AACR
in Atlanta.1
De analyse
includeerde 334 baseline plasmamonsters en 434 FFPE-tumormonsters van 669
deelneemsters aan de studie. PIK3CA-mutaties
werden gedetecteerd in 40,3% van de plasmamonsters en 39,9% van de
FFPE-monsters. De concordantie van PIK3CA-mutaties
in gepaarde plasma- en FFPE-monsters was 62,8%. ESR1-mutaties werden gedetecteerd in 64,4% van de plasma-monsters
en 4,4% van de FFPE-monsters, met een concordantie van 37,1%. Comutaties in PIK3CA en ESR1 werden gezien in 36,1% van de plasmamonsters en 1,5% van de
FFPE-monsters. Detectie van de PIK3CA-
en ESR1-mutaties in plasmamonsters,
maar niet in FFPE-monsters, was geassocieerd met numeriek hoge profijt van
toevoeging van abemaciclib aan fulvestrant onder deelneemsters aan de MONARCH
2-studie.
De
onderzoekers concluderen dat detectie van PIK3CA-
en ESR1-mutaties in plasma, maar niet
in FFPE-monsters, gecorreleerd was met de respons op abemaciclib.
1.Tolaney S et al. AACR Annual Meeting
2019; abstr. 4458
Summary: A secondary analysis of the MONARCH 2 study (abemaclib plus fulvestrant versus placebo plus fulvestrant for
metastatic breast cancer) found that PIK3CA
and ESR1 mutations dtected in
circulating tumor DNA, but not in archived FFPE samples, correlated with response
to abemaciclib.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)