Clonal hematopoiesis of indeterminate
potential (CHIP) is een leeftijdsgerelateerde aandoening die wordt
gekenmerkt door somatische mutaties in het bloed van overigens gezonde
volwassenen. Dr. Benjamin Ebert (Brigham
and Women’s Hospital, Boston) en collega’s hebben de hypothese onderzocht dat
in patiënten die autologe stamceltransplantatie voor lymfoom ondergaan CHIP ten
tijde van de autoSCT geassocieerd is met verhoogd risico van myelodysplastisch
syndroom en acute myeloïde leukemie, collectief aangeduid als therapy-related myeloid neoplasm (TMN)
en andere ongunstige uitkomsten. De studie is online gepubliceerd in het Journal
of Clinical Oncology.1
De
onderzoekers voerden whole-exome
sequencing uit in pre- en post-autoSCT monsters van twaalf patiënten die
TMN ontwikkelden na autoSCT voor Hogkin lymfoom of non-Hodgkin lymfoom. In zes
van de twaalf patiënten waren de mutaties in het TMN-monster ook waarneembaar
in het pre-ASCT monster. De onderzoekers voerden ook targeted sequencing uit in autoSCT-monsters van 401 patiënten die
autoSCT ondergingen voor non-Hodgkin lymfoom. In dit cohort vonden ze CHIP ten
tijde van autoSCT in 120 patiënten (29,9%). Deze figuur laat zien dat aanwezigheid van CHIP ten tijde van autoSCT
geassocieerd was met verhoogd risico van ontwikkelen van TMN (tien-jaars
cumulatieve incidentie 14,1% versus 4,3% in de groep patiënten zonder CHIP;
p=0,002), inferieure tien-jaars overall
survival (30,4% versus 60,9%; p<0,001), inferieure gebeurtenisvrije
overleving (p=0,003), en inferieure death
without relapse (p<0,001).
De
onderzoekers concluderen dat in patiënten die autoSCT ondergaan voor lymfoom
CHIP ten tijde van de transplantatie geassocieerd is met verhoogd risico van TMN
en inferieure overleving.
1.Gibson CJ, Lindsley C, Tchekmedyian
V et al. Clonal hematopoiesis associated with adverse outcomes after autologous
stem/cell transplantation for lymphoma. J Clin Oncol 2017; epub ahead of print
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)