De FOLL05 studie vergeleek R-CVP (rituximab, cyclofosfamide, vincristine, prednison) met R-CHOP (rituximab, cyclofosfamide, doxorubicine, vincristine, prednison) en R-FM (rituximab, fludarabine, mitoxantron) zonder rituximab-onderhoudstherapie als eerstelijns behandeling voor gevorderd-stadium folliculair lymfoom (FL). In 2013 is gepubliceerd dat na mediaan 34 maanden follow-up R-CHOP en R-FM superieur waren aan R-CVP in termen van drie-jaars tijd-tot-behandelfalen (TTF) en progressievrije overleving (PFS), en dat R-CHOP vergeleken met R-FM een betere risico-profijt ratio had in termen van toxiciteit. Dr. Stefano Luminari (Universiteit van Modena en Reggio Emilia) en collega’s publiceren nu online in het Journal of Clinical Oncology een post-hoc analyse van de studie na mediaan zeven jaar (range 1 tot 199 maanden) follow-up.¹


De studie includeerde 534 patiënten, van wie 504 evaluabel waren. Voor patiënten in de drie armen tezamen was de acht-jaars TTF 44% en de acht-jaars PFS 48%. De figuur laat zien dat R-CHOP en R-FM superieur waren aan R-CVP in termen van TTF (panel A) en PFS (panel B). Gecorrigeerd voor FLIPI2 was de PFS-HR voor R-CHOP versus R-CVP 0,73 (p=0,037) en voor R-FM versus R-CVP 0,67 (p=0,009). De acht-jaars overall survival was 83%, zonder statistisch significante verschillen tussen de armen. Het risico van overlijden aan niet-lymfoomprogressie gerelateerde oorzaken was hoger met R-FM dan met R-CVP.

De onderzoekers concluderen dat de studie laat zien dat immuunchemotherapie voor gevorderd FL resulteert in gunstige uitkomsten, gelet op de 83% acht-jaars OS. De drie studie-armen hadden vergelijkbare OS maar verschillende toxiciteitsprofielen.

1. Luminari S, Ferrari A, Manni M et al. Long-term results of the FOLL05 trial comparing R-CVP versus R-CHOP versus R-FM for the initial treatment of patients with advanced-stage symptomatic follicular lymphoma. J Clin Oncol 2017; epub ahead of print