Immuungerelateerde
bijwerkingen (irAEs) van anti-PD1 gebaseerde behandeling (anti-PD1 met of
zonder anti-CTLA4) ontstaan gewoonlijk binnen vier maanden na start van de
behandeling, maar late irAEs, gedefinieerd als ontstaan na meer dan twaalf
maanden, zijn ook beschreven. Een multinationale studie heeft de incidentie,
aard, en management van late irAEs van anti-PD1 gebaseerde immuuntherapie voor
melanoom geïnventariseerd. Prof. Georgina Long (Melanoma Institute Australia,
Sydney) en collega’s publiceren de studie in Annals of
Oncology.1
De studie
werd uitgevoerd in twintig centra in twaalf landen. Onder de 999 patiënten van
centra met beschikbare data waren er 53 met late irAEs, voor een incidentie van
5,3% (95%-bti 4,0-6,9). In totaal includeerde de studie 118 patiënten met
tezamen 140 late irAEs. De mediane onset was 16 maanden na start van de
behandeling (range 12-53). Zevenentachtig patiënten (74%) kregen nog anti-PD1
gebaseerde therapie op het moment van ontstaan van late irAEs, vijftien (12%) ontwikkelde
irAEs binnen drie maanden na stoppen van de therapie, zestien (14%) waren al
langer dan drie maanden gestopt, en één patiënt was zesentwintig maanden voor
het ontstaan van de irAE gestopt met de behandeling. De meest-waargenomen late
irAEs waren colitis, rash, en pneumonitis. Een aanzienlijk percentage (39%)
waren graad 3 of hoger en twee waren graad 5. Steroïden waren vereist in 80
patiënten (68%), en additionele immuunsuppressie in 27 (23%).
De
onderzoekers concluderen dat late irAEs optraden in een gering maar relevant
percentage van de patiënten.
1.Owen
CN, Bai X, Quah T et al. Delayed
immune-related adverse events with anti-PD1-based immunotherapy in melanoma.
Ann Oncol 2021; epub ahead of print
Summary: A multinational study investigated the incidence, nature, and management of
delayed (ocurring after more than twelve months) immune-related adverse events
of anti-PD1 therapy for melanoma. The incidence was 5.3% of patients surviving
longer than 1 year. Most of delayed irAEs were high grade (39% grade 3 or
higher). Delayed irAEs were often difficult to manage; 68% required steroids
and 23% required an additional immunosuppressive agent. Delayed irAEs were
reported up to 26 months after stopping anti-PD1.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)