
De mediane leeftijd van de ESSs bij laatste follow-up was 34,8 jaar (range 9,1 tot 54,8 jaar). De 35-jaars overleving was 70%. De meest-gerapporteerde doodsoorzaak was laat recidief (cumulatieve incidentie na 35 jaar 15,1%), gevolgd door behandelingsgerelateerde oorzaken (11%). Er waren 53 patiënten met subsequent neoplasms (SNs; cumulatieve incidentie na 35 jaar 24,0%) waarvan 38 maligne waren (14,3% na 35 jaar). De Standardized Incidence Ratios vergeleken met de algemene bevolking waren 377,1 voor osteosarcoom; 29,9 voor AML; 14,9 voor mammacarcinoom; en 13,1 voor schildkliercarcinoom. De meest voorkomende chronische aandoeningen chronische aandoeningen waren musculoskeletaal en cardiaal. Vijfendertig jaar na de diagnose was de cumulatieve incidentie van any chronic condition 84,6% en van twee of meer chronische aandoeningen 73,6%.
De onderzoekers concluderen dat er bij lange follow-up geen aanwijzingen zijn dat in ESSs het risico van late mortaliteit en SNs een plateau bereikt. Behandelingsgerelateerde chronische aandoeningen kunnen jaren na de therapie tot ontwikkeling komen.
1.Marina NM, Liu Q, Donaldson SS et al. Longitudinal follow-up of adult survivors of Ewing sarcoma: A report from the Childhood Cancer Survivor Study. Cancer 2017; epub ahead of print