Cryotherapie en brachytherapie zijn definitieve lokale behandelopties voor laag- en intermediair-risico prostaatcarcinoom. Er is uitgebreide evidentie voor de werkzaamheid van brachytherapie, maar de aanwijzingen voor werkzaamheid van cryotherapie berusten voornamelijk op single-institution retrospectieve studies, schrijven dr. Gregory Swanson (Texas A&M University, Temple) en collega’s in een publicatie die online is in het International Journal of Radiation Oncology.¹ In de publicatie presenteren ze uitkomsten van een directe vergelijking van low dose rate (LDR) brachytherapie en cryotherapie voor laag- en intermediair-risico prostaatcarcinoom.

Tussen 1990 en 2013 kregen in het ziekenhuis van Texas A&M University 50 patiënten cryotherapie voor laag-risico prostaatcarcinoom (LRC-groep), 92 patiënten cryotherapie voor intermediair-risico prostaatcarcinoom (IRC-groep), 133 patiënten brachytherapie voor laag-risico prostaatcarcinoom (LRB), en 84 patiënten brachytherapie voor intermediair-risico prostaatcarcinoom (IRB). De mediane PSA follow-up was 85,6 maanden voor de LRC-groep; 59,2 maanden voor de IRC-groep; 74,9 maanden voor de LRB-groep, en 59,8 maanden voor de IRB-groep. De vijf-jaars biochemisch-progressievrije overleving (bPFS) was 57,9% in de cryotherapiegroepen versus 89,6% in de brachytherapiegroepen (p<0,0001). Uitgesplitst naar risicogroepen was de vijf-jaars bPFS 70,0% voor LRC; 51,4% voor IRC; 89,4% voor LRB; en 89,7% voor IRB. Voor zowel de laag- als de intermediair-risicogroepen was bPFS significant (p<0,05) verschillend tussen LDR-brachytherapie en cryotherapie.

De onderzoekers concluderen dat de studie suggereert dat cryotherapie voor laag- en intermediair-risico prostaatcarcinoom inferieur is aan LDR-brachytherapie.

1.Gestaut MM, Cai W, Vyas S et al. Low dose rate brachytherapy versys cryotherapy in low and intermediate risk prostate cancer. Int J Radiat Oncol Biol Phys 2017; epub ahead of print