
De analyse includeerde 25.656 overlevers van een maligniteit gediagnostiseerd voor de leeftijd 21 jaar (mediane leeftijd bij diagnose 6,1 jaar; mediane follow-up 21,8 jaar; IQR 16,5-28,4) en 5045 nearest-age siblings. De overlevers ondergingen 28.202 majeure chirurgische interventies vijf jaar of langer na de diagnose, en de siblings ondergingen 4110 van deze ingrepen. De 35-jaars mean cumulative counts (MCC) van chirurgische interventies was 206,7 (95%-bti 202,7-210,8) per 100 overlevers versus 128,9 (123,0-134,7) per 100 siblings (aRR 1,8; 1,7-1,9). Overlevers met een diagnose in de jaren negentig van de vorige eeuw hadden hoger risico van chirurgische interventie dan overlevers met een diagnose in de jaren zeventig (aRR 1,4; 95%-bti 1,3-1,5). De hoogste cumulatieve belasting van chirurgische interventies werd gezien onder overlevers van Hodgkin lymfoom (35-jaar MCC 333,3 per 100 overlevers0, Ewing sarcoom (322,9) en osteosarcoom (269,6). Locoregionale chirurgie of radiotherapie was geassocieerd met late chirurgische interventie in hetzelfde orgaansysteem of body region.
De onderzoekers concluderen dat overlevers van maligniteiten tijdens de jeugd een significante belasting hebben van late majeure chirurgische interventies.
1.Dieffenbach BV, Murphy AJ, Liu Q et al. Cumulative burden of late, major surgical intervention in survivors of childhood cancer: a report from the Childhood Cancer Survivor Study (CCSS) cohort. Lancet Oncol 2023; epub ahead of print
Summary: Analysis of the Childhood Cancer Survivor Study cohort found that childhood cancer survivors have a significant burden of late, major surgical interventions.