
De onderzoekers voerden een patiënt-controlestudie uit in de Clinical Practice Research Datalink van het Verenigd Koninkrijk. Ze vonden gegevens van 339 vrouwen met een diagnose primair levercarcinoom tussen 1988 en 2011, en selecteerden per patiënt vier voor leeftijd gematchte controlevrouwen (n=1318). Uit de analyses blijkt dat MHT-gebruik geassocieerd was met een significant ruim 40% lager risico van primair levercarcinoom (OR 0,58; 95%-bti 0,37-0,98). De inverse associatie was nog sterker voor gebruik van alleen-oestrogeen MHT (OR 0,44; 95%-bti 0,22-0,88). Onder de gematchte patiënten (n=58) en controlevrouwen (n=232) met diabetes was de OR gelijk aan die in de overall analyse, maar niet statistisch significant (OR 0,57; 95%-bti 0,09-3,53).
De onderzoekers concluderen dat de studie uitwijst dat MHT-gebruik invers geassocieerd is met het risico van primair levercarcinoom. Deze uitkomst is niet in strijd met de hypothese dat hormonale etiologie (een deel van) het verschil in incidentie van de ziekte onder mannen en vrouwen kan verklaren.
1.McGlynn KA, Hagberg K, Chen J et al. Menopausal hormone therapy use and risk of primary liver cancer in the Clinical Practice Research Datalink. Int J Cancer 2015; epub ahead of print