Dr. Sapna Kaul (University of Texas Medical Branch, Galveston) en collega’s hebben een cross-sectionele analyse uitgevoerd van prevalentie en correlaten van mentale distress in overlevers van adolescent and young adult (AYA) maligniteiten. De analyse is online gepubliceerd in Cancer.¹ De analyse is gebaseerd op gegevens van deelnemers aan de 2013/2014 National Health Interview Surveys. De onderzoekers identificeerden 875 deelnemers die tenminste vijf jaar overleefd hadden na een oncologische diagnose op de leeftijd van vijftien tot veertig jaar, en selecteerden een gematchte vergelijkingsgroep van deelnemers zonder geschiedenis van maligniteiten. Het niveau van mentale distress werd bepaald met de Kessler-schaal.

Deze figuur laat zien dat de overlevers vaker mentale distress rapporteerden dan de deelnemers in de vergelijkingsgroep (p<0,001). Van de overlevers met matige respectievelijk ernstige distress had 74,4% respectievelijk 52,2% in het jaar voorafgaand aan de survey geen mentale-gezondheidsprofessional geconsulteerd. Onder de overlevers rapporteerden rokers vaker ernstige distress dan niet-rokers (RR 3,59; p=0,01). Ook slaapgerelateerde problemen waren onder overlevers geassocieerd met meer distress.

De onderzoekers concluderen dat overlevers van AYA-maligniteiten een hogere waarschijnlijkheid van mentale distress hebben dan personen zonder geschiedenis van maligniteiten. In de Verenigde Staten krijgen relatief weinig van deze overlevers professionele zorg voor deze distress.

1.Kaul S, Avila JC, Mutambudzi M et al. Mental distress and health care use among survivors of adolescent and young adult cancer: A cross-setional analysis of the National Health Interview Survey. Cancer 2016; epub ahead of print