Er zijn aanwijzingen voor een associatie van cutane bijwerkingen (cirAEs) met gunstige uitkomsten van patiënten die immuuncheckpointremmers (ICIs) krijgen voor maligniteiten. Een systematisch overzicht en meta-analyse van gepubliceerde studies heeft de associatie van cirAEs van ICIs met de prognose van deze patiënten geïnventariseerd. Dr. Fei Wang (Zuidoostelijke Universiteit, Nanjing, China) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Dermatology.¹

In de literatuur tot en met eind 2022, met een laatste search op 21 mei 2023, identificeerden de onderzoekers 23 voor het onderwerp relevante studies, met tezamen 22.749 patiënten die ICIs kregen voor een maligniteit. Vergeleken met patiënten zonder cirAEs hadden patiënten met cirAEs langere overall survival (HR 0,61; p<0,001; I²=70,7%; 16 studies) en progressievrije overleving (HR 0,52; p<0,001; I²=45,1%; 12 studies). Deze associaties werden consistent gezien in subgroepen gestratificeerd naar studie-ontwerp, geografische regio, ICI type, en type maligniteit, met als uitzondering dat er geen significante verschillen in PFS waren tussen patiënten met versus zonder cirAEs in de Verenigde Staten.

De onderzoekers concluderen dat de analyse suggereert dat cirAEs van ICIs voor maligniteiten prognostische waarde kunnen hebben.

1.Du Y, Wu W, Chen M et al. Cutaneous adverse events and cancer survival prognosis with immune checkpoint inhibitor treatment. A systemic review and meta-analysis. JAMA Dermatol 2023.3003

Summary: A systematic review and meta-analysis of 23 studies with a total of 22,749 cancer patients treated with ICIs found that patients with cutaneous adverse events had longer overall and progression-free survival compared with patients without cirAEs