Het is
bekend dat personen met mentale ziekte vergeleken met de algemene bevolking een
hogere waarschijnlijkheid hebben van overlijden aan maligniteiten. Een
meta-analyse van gepubliceerde studies heeft de wereldwijde frequentie van
screening op maligniteiten onderzocht onder patiënten met mentale ziekte. Dr.
Marco Solmi (Universiteit van Padua, Italië) en collega’s publiceren de meta-analyse online in The Lancet
Psychiatry.1
In de
literatuur tot en met 4 mei 2019 vonden de onderzoekers 46 voor het onderwerp
relevante studies, met tezamen 501.559 patiënten met mentale ziekte en
4.216.280 controlepersonen in de algemene bevolking. Zeventig procent van deze
patiënten en controlepersonen waren vrouwen. De studies gaven informatie over
screening op maligniteiten van borst, colorectum, long, maag, ovaria, en
prostaat. In personen met enige mentale ziekte vergeleken met de algemene
bevolking was screening op enige maligniteit significant minder frequent (OR
0,76; 95%-bti 0,72-0,79), evenals screening op mammacarcinoom (OR 0,65; 95%-bti
0,60=0,71), cervixcarcinoom (OR 0,89; 95%-bti 0,84-0,95), en prostaatcarcinoom
(OR 0,78; 95%-bti 0,70-0,86), maar niet voor colorectaalcarcinoom (OR 1,02;
95%-bti 0,90-1,15).
De
onderzoekers concluderen dat screening op maligniteiten significant minder
frequent was in de populatie met mentale ziekte dan in de algmene bevolking.
1.Solmi M, Firth J, Miola A et al. Disparities
in cancer screening in people with mental illness across the world versus the
general population: prevalence and comparative meta-analysis including 4 717
839 people. Lancet Psychiatry 2019; epub ahead of print
Summary: A meta-analysis of 46 studies,
including 501,559 patients with mental illness and 4,216,280 controls, found
that the population of people with mental illness receives less cancer screening compared with the general
population.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)