Radiotherapie kan de overleving van patiënten met slokdarmcarcinoom verbeteren, maar is ook geassocieerd met aanzienlijke toxiciteiten. Protontherapie kan in vergelijking met fotontherapie de straling naar de tumor beter concentreren, zodat straling naar organs at risk (OAR) verminderd wordt. Een meta-analyse van gepubliceerde studies heeft uitkomsten met protontherapie versus fotontherapie voor slokdarmcarcinoom vergeleken. Dr. Zemin Xiao (Centrale Zuidelijke Universiteit, Changde, China) en collega’s publiceren de meta-analyse in JAMA Network Open.¹

In de literatuur tot 25 maart 2023 vonden de onderzoekers 45 studies die protontherapie voor slokdarmcarcinoom vergeleken met fotontherapie. In meta-analyse was fotontherapie vergeleken met prototherapie geassocieerd met slechtere overall survival (HR 1,31; 95%-bti 1,07-1,61; I²=11%) maar niet met significant verschillende progressievrije overleving of percentage patiënten met pathologisch complete respons. Protontherapie vergeleken met fotontherapie was geassocieerd met significant lagere percentages patiënten met graad 2 of hoger stralingspneumonitis en pericardiale effusie, en graad 4 of hoger lymfocytopenie.

De onderzoekers concluderen dat de meta-analyse suggereert dat onder patiënten met slokdarmcarcinoom protontherapie vergeleken met fotontherapie veiliger was en geassocieerd was met betere overall survival.

1.Zhou P, Du Y, Zhang Y et al. Efficacy and safety in proton therapy and photon therapy for patients with esophageal cancer. JAMA Network Open 2023;6:e2328136

Summary: Meta-analysis of 45 studies found that among patients with esophageal cancer, proton therapy was more effective and safer than photon therapy.