Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Multicenter fase 3-studie van toevoegen van neoadjuvant FOLFIRINOX aan standaard-behandeling voor LARC


Prof. Thierry ConroyNeoadjuvante chemoradiotherapie gevolgd door chirurgie en adjuvante chemotherapie voor lokaal-gevorderd rectumcarcinoom (LARC) resulteert gewoonlijk in controle van de lokale ziekte, maar vaak worden afstandsmetastasen gezien. De Franse multicenter fase 3-studie UNICANCER-PRODIGE 23 heeft de waarde onderzocht van neoadjuvant FOLFIRINOX voorafgaand aan deze behandeling. Prof. Thierry Conroy (Institut de Cancérologie de Lorraine, Vandoeuvre-les-Nancy) en collega’s publiceren de studie in The Lancet Oncology.1

PRODIGE 23 werd uitgevoerd in 35 centra in Frankrijk. De studie includeerd patiënten in de leeftijd van 18 tot en met 75 jaar met niet-eerder behandeld rectumadenocarcinoom stadium cT3 of CT4 M0, en WHO performance status 0 of 1. De patiënten werden gerandomiseerd naar een neoadjuvante-chemotherapiegroep (zes cycli FOLFIRINOX gevolgd door chemoradiotherapie, TME, en drie maanden adjuvante chemotherapie; n=231) of een standaard-zorggroep (chemoradiotherapie, totale mesorectale excisie, en zes maanden adjuvante chemotherapie; n=230). Het primaire eindpunt van de studie was ziektevrije overleving na drie jaar.

De mediane follow-up was 46,5 maanden (IQR 35,4-61,6). De drie-jaars DFS-percentages waren 76% in de neoadjuvante-chemotherapiegroep versus 69% in de standaard-zorggroep (HR 0,69; p=0,034). Tijdens de neoadjuvante chemotherapie werd graad 3 of 4 neutropenie gerapporteerd voor 17% en diarree voor 11% van de patiënten. Tijdens de neoadjuvante chemoradiotherapie werd graad 3 of 4 lymfopenie gerapporteerd voor 28% van de patiënten in de neoadjuvante-chemotherapiegroep en 30% van de patiënten in de standaard-zorggroep. Tijdens de adjuvante chemotherapie werd graad 3 of 4 lymfopenie gerapporteerd voor 11% van de patiënten in de neoadjuvante-chemotherapiegroep versus 27% van de patiënten in de standaard-zorggroep, en graad 3 of 4 perifere sensorische neuropathie voor 12% versus 21%.

De onderzoekers concluderen dat FOLFIRINOX voorafgaand aan de standaardbehandeling voor LARC resulteerde in verbetering van het drie-jaar DFS-percentage.

1.Conroy T, Bosset J-F, Etienne P-L et al. Neoadjuvant chemotherapy with FOLFIRINOX and preoperative chemoradiotherapy for patients with locally advanced rectal cancer (UNICANCER-PRODIGE 23): a multicentre, randomised, open-label, phase 3 trial. Lancet Oncol 2021; epub ahead of print

Summary: The phase 3 UNICANCER-PRODIGE 23 study in France randomized patients with locally advanced rectal cancer to 6 cycles of neoadjuvant FOLFIRINOX followed by preoperative chemoradiotherapy, surgery and 3 months of adjuvant chemotherapy, or standard-of-care with chemoradiotherapy, surgery, and 6 months of adjuvant chemotherapy. Three-year disease-free survival rates were 76% in the FOLFIRINOX group versus 69% in the standard-of-care group (HR 0.69; p=0.034). During the adjuvant chemotherapy, the FOLFIRINOX group had less neurotoxicity and lymphopenia than the standard-of-care group

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren