
De studie includeerde 512 patiënten (mediane leeftijd 62 jaar; range 35-86; ECOG performance status 0 of 1) van 132 centra in tien landen in Azië (79% van de patiënten), Europa en Noord-Amerika. De patiënten werden 1:1 gerandomiseerd naar tislelizumab 200 mg iedere drie weken (n=256) of chemotherapie (keus uit paclitaxel, docetaxel, en irinotecan; n=256). Onder de patiënten waren 157 (89 in de tislelizumabgroep en 68 in de chemotherapiegroep) met PD-L1 combined positive score 10% of hoger (‘PD-L1+ populatie’). Het primaire eindpunt van de studie was overall survival in de ITT-populatie.
Op het moment van data cutoff voor de nu gepresenteerde analyse was de mediane follow-up 8,5 maanden in de tislelizumabgroep en 5,8 maanden in de chemotherapiegroep. De mediane OS was 8,6 maanden met tislelizumab versus 6,3 maanden in de chemotherapiegroep (HR 0,70; p=0,0001). In de PD-L1+ populatie was de mediane OS 10,3 maanden met tislelizumab versus 6,8 maanden met chemotherapie (HR 0,54; p=0,0006). De overall response rate was 20,3% in de tislelizumabgroep versus 9,8% in de chemotherapiegroep. De mediane duur van respons was 7,1 maanden in de tislelizumabgroep versus 4,0 maanden in de chemotherapiegroep. Graad 3 of hoger treatment-related adverse events werden gerapporteerd voor 46% van de patiënten met tislelizumab versus 68% met chemotherapie, en discontinuering wegens TRAE werd gerapporteerd voor 7% versus 14%.
De onderzoekers concluderen dat tislelizumab resulteerde in langere OS dan chemotherapie onder patiënten met gevorderd ESCC met ziekteprogressie na eerstelijns systemische therapie.
1.Shen L et al. ASCO Annual Meeting 2021; abstr. 4012
Summary: The multinational phase 3 study RATIONALE 302 found longer OS with tislelizumab compared to investigator’s choice chemotherapy for advanced/metastatic ESCC after progression on first-line systemich therapy. The safety profile of tislelizumab was more favorable than that of chemotherapy.