
In de SEER-database over de periode van begin 1973 tot eind 2015 identificeerden de onderzoekers 235.541 AYAs met een maligniteit, van wie er tijdens meer dan 3,1 miljoen persoonsjaren follow-up 12.948 overleden aan noncancer causes. De noncancer mortality was onder deze AYAs significant verhoogd vergeleken met de algemene bevolking (Standardized Mortality Ratio 1,84; 95%-bti 1,80-1,87). De SMRs waren in het bijzonder verhoogd voor infectieziekten (SMR 5,13; 95%-bti 4,95-5,32), cardiovasculaire ziekte (SMR 1,55; 95%-bti 1,50-1,60), en nierziekten (SMR 2,40; 95%-bti 2,21-2,71). De associaties bleven bestaan gedurende langer dan twintig jaar na de diagnose van de maligniteit. De typen maligniteit die geassocieerd waren met de hoogste SMRs voor alle noncancer mortality waren leukemieën (SMR 5,26), Hodgkin lymfoom (SMR 3,12), non-Hodgkin lymfoom (SMR 6,33), tumoren van het centraal zenuwstelsel (SMR 3,38), hoofd-halsmaligniteiten (SMR 2,09), en cervix/uterus-maligniteiten (SMR 2,03).
De onderzoekers concluderen dat overlevers van AYA-maligniteiten een verhoogd risico van noncancer mortality hebben; de risicoverhoging blijft vele jaren na de diagnose van de maligniteit bestaan.
1.Anderson C, Lund JL, Weaver MA et al. Noncancer mortality among adolescents and young adults with cancer. Cancer 2019; epub ahead of print
Summary: An analysis of the SEER database found that AYAs with cancer have an elevated burden of mortality that persists many years after cancer diagnosis.