Er zijn geen prospectieve gegevens over het risico van recidief onder vrouwen met vroeg-stadium hormoonreceptor-positief mammacarcinoom (HR+ EBC) die tijdelijk endocriene therapie onderbreken om zwanger te kunnen worden. De multinationale studie POSITIVE heeft dit risico geïnventariseerd. Dr. Ann Partridge (Dana-Farber Cancer Institute, Boston MA) en collega’s publiceren de studie in The New England Journal of Medicine.¹

De studie includeerde 516 vrouwen in de leeftijd van 42 jaar of jonger (mediaan 37 jaar) die tenminste 18 en ten hoogste 30 maanden adjuvante endocriene therapie hadden gekregen voor HR+ EBC, en een kinderwens hadden. Deze vrouwen onderbraken de endocriene therapie. Het primaire eindpunt de incidentie van BC-gebeurtenissen. Tijdens 1638 patiënt-jaren follow-up (mediaan 41 maanden) werd een BC-gebeurtenis gezien in 44 vrouwen in het cohort, overeenkomend met een drie-jaars incidentie van 8,9% (95%-bti 6,3-11,6). In een controlecohort van vrouwen die aan de inclusiecriteria van POSITIVE voldeden maar de endocriene therapie niet onderbraken was de drie-jaars incidentie 9,2% (95%-bti 7,6-10,8). In het POSITIVE-cohort werden 365 kinderen geboren.


De onderzoekers concluderen dat onderbreken van adjuvante endocriene therapie niet geassocieerd was met hoger korte-termijn risico van BC-gebeurtenissen. Verdere follow-up is vereist om lange-termijn risico’s te kunnen beoordelen.

1.Partridge AH, Niman SM, Ruggeri M et al. Interrupting endocrine therapy to attempt pregnancy after breast cancer. N Engl J Med 2023;388:1645-1656

Summary: The multinational POSITIVE trial found that among women with HR-positive early breast cancer, temporary interrupting endocrine therapy to attempt pregnancy was not associated with greater short-term risk of breast cancer events than in a control cohort of women not interrupting endocrine therapy. Further follow-up is critical to inform longer-term safety.