Recente
retrospectieve studies hebben aanwijzingen opgeleverd voor betere overleving na
borstsparende therapie (BCT) voor vroeg-stadium mammacarcinoom (EBC) dan na
mastectomie. Een analyse van de SEER-database heeft de overleving na BCT of
mastectomie voor EBC geïnventariseerd. Dr. Xuexin He (Zhejiang Universiteit,
China) en collega’s publiceren de analyse in Cancer Medicine.1
In de
database identificeerden de onderzoekers 99.790 patiënten die tussen begin 2010 en eind
2015 chirurgie ondergingen voor mammatumoren van 5 cm of kleiner met ten
hoogste drie positieve lymfeklieren. Van deze patiënten ondergingen 77.452
(77,6%) BCT en 22.338 (22,4%) mastectomie. De figuur laat zien dat de overall survival
in het BCT-cohort significant beter was dan in het mastectomie-cohort, met een
vijf-jaars OS-percentage van 94,7% versus 87,6%. Het vijf-jaars
mammacarcinoom-specifieke overlevingspercentage was ook beter in de BCT-groep
(97,2% versus 94,3%). In multivariate analyse van propensity score-gematchte
groepen was mastectomie versus BCT geassocieerd met slechtere OS (HR 1,79;
p<0,001) en BCSS(HR 1,88; p<0,001). Dit was ook het geval voor
verschillende subtypen mammacarcinoom en voor patiënten ouder dan vijftig jaar
en patiënten in de leeftijd van vijftig jaar of jonger.
De
onderzoekers concluderen dat onder EBC-patiënten BCT vergeleken met mastectomie
resulteerde in betere overleving.
1.Ji J, Yuan S, He J et al.
Breast-conserving therapy is associated with better survival than mastectomy in
early-stage breast cancer: a propensity score analysis. Cancer Medicine 2022;
epub ahead of print
Summary: Analysis of the SEER database found that among women with early-stage
breast cancer with 5 cm or smaller tumors breast conserving therapy compared
with mastectomy resulted in better survival outcomes.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)