Transorale
robotische chirurgie voor vroeg-stadium squameus celcarcinoom van de orofarynx
(OPSCC) wordt in toenemende mate toegepast, ondanks gebrek aan studies die
robotische met niet-robotische chirurgie vergeleken. Een analyse van de National Cancer Database heeft nu
lange-termijn uitkomsten van robotische en niet-robotische chirurgie voor vroeg
OPSCC in de klinische praktijk geïnventariseerd. Dr. Zachary Zumsteg
(Cedars-Sinai Medical Center, Los Angeles CA) en collega’s publiceren de analyse in JAMA Oncology.1
In de NCDB
identificeerden de onderzoekers 9745 patiënten met een diagnose klinisch T1 of
T2 OPSCC tussen begin 2010 en eind 2015
(78,5% mannen; gemiddelde leeftijd 58,8 jaar; SD 9,6). Onder deze patiënten
waren er 2694 (27,6%) die transorale robotische chirurgie ondergingen. Gebruik
van robotische chirurgie nam significant toe van 18,3% van de chirurgische
procedures in 2010 tot 35,5% in 2015
(p=0,003). Robotische chirurgie was geassocieerd met lagere frequentie van
positieve chirurgische marges (12,5% versus 20,3%; p<0,001) en minder
frequent gebruik van adjuvante chemoradiotherapie (28,6% versus 35,7%;
p<0,001). In propensity score-gematchte analyse was robotische chirurgie versus
niet-robotische chirurgie geassocieerd met betere vijf-jaars overall survival
(84,8% versus 80,3%; p=0,001).
De
onderzoekers concluderen dat transorale robotische chirurgie voor vroeg-stadium
OPSCC vergeleken met niet-robotische chirurgie geassocieerd was met betere
chirurgische uitkomsten en langere overall
survival.
1.Nguyen AT, Luu M, Mallen-St Clair J
et al. Comparison of survival after transoral robotic surgery vs nonrobotic
surgery in patients with early-stage oropharyngeal squamous cell carcinoma.
JAMA Oncol 2020.3172
Summary: Analysis of the National Cancer
Database found that transoral robotic surgery for early-stage OPSCC was
associated with improved surgical outcomes and survival compared with
nonrobotic surgery.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)