
De studie had 109 deelnemers met een diagnose mCC tussen 2004 en 2012, die eerstelijns FOLFOX of FOLFIRI kregen, hetzij standaarddosering of 80%, voornamelijk vanwege neutropenie (30% van de doseringsreducties), polyneuropathie (16%), of diarree (14%). De twee-jaars overall survival was niet verschillend tussen de groepen patiënten die FOLFOX kregen en patiënten die FOLFIRI kregen (beide 35%). Er was ook geen significant verschil (p=0,323) in twee-jaars OS tussen patiënten die gereduceerde dosering kregen (48%) en patiënten die standaarddosering kregen (31%). Patiënten met gereduceerde dosering kregen meer chemotherapiecycli dan patiënten met standaarddosering (gemiddeld 13,7 versus 10,8 cycli), en de cumulatieve doseringen waren gelijk voor beide groepen.
De onderzoekers concluderen dat een matige reductie van de chemotherapiedosering voor mCC vanwege bijwerkingen geen waarneembaar effect op de overleving had.
1.Munker S et al. ASCO GI Cancer Symposium 2017; abstr. 761