Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Patronen van recidief na neoadjuvante chemotherapie voor mammacarcinoom in de klinische praktijk


Dr. Yoon Sim YapEen studie van het National Cancer Centre in Singapore heeft gezocht naar patronen van recidief na neoadjuvante chemotherapie voor mammacarcinoom in de klinische praktijk, om de richtlijnen voor follow-up verder te verfijnen. Dr. Yoon Sim Yap en collega’s publiceren de studie online in Breast Cancer Research and Treatment.1 De retrospectieve studie includeerde 523 patiënten die tussen begin 2000 en eind 2014 neoadjuvante chemotherapie ondergingen.

De meeste patiënten (71,9%) hadden lokaal-gevorderde ziekte.Tijdens mediaan 55 maanden follow-up werd significant meer frequent recidief gezien in patiënten met TNBC (38,4%) dan in patiënten met andere subtypen (29,5%; p=0,042). Van alle recidieven was 85% afstandsrecidief. Onder de patiënten met TNBC en HR-negatief HER2-positief mammacarcinoom werden 97,0% respectievelijk 95% van de de recidieven gezien in de eerste drie jaar na de diagnose, terwijl in de patiënten met HR-positieve tumoren 10,6% van de recidieven voorkwamen na meer dan vijf jaar. Het risico van recidief van hooggradige tumoren nam af met de tijd sinds de diagnose. Onafhankelijke voorspellers van slechtere recidiefvrije overleving waren stadium III bij diagnose, graad 3 tumoren, niet bereiken van pCR, en geen radiotherapie. In 49% van de patiënten was CA15-3 bij relapse verhoogd; deze verhoging was geassocieerd met inferieure post-relapse overleving (mediaan 11 maanden versus 22 maanden; p=0,019).

De onderzoekers concluderen dat meer-intensieve follow-up vereist kan zijn tijdens de eerste drie jaar voor patiënten die geen pCR bereiken, met name onder patiënten met TNBC en HR-negatief/HER2-positief BC. De waarde van bloedtesten zoals CA15-3 lijkt beperkt.

1.Saw S, Lim J, Lim SH et al. Patterns of relapse after neoadjuvant chemotherapy in breast cancer: implications for surveillance in clinical practice. Breast Cancer Res Treat 2019; epub ahead of print

Summary: A study in Singapore aimed to identify patterns of relapse after neoadjuvant chemotherapy for breast cancer in clinical practice. The study found that whil more intensive follow-up during the first three years may be required for patients who do not achieve pCR, especially those with TNBC and HR-?HER2+ tumors, the benefit from blood tests such as CA15-3 appears limited, and the benefit from intensification of surveillance remains to be addressed in prospective studies of high-risk patients.

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren