De standaard adjuvante behandeling voor hoog-risico lokaal-gevorderd squameus celcarcinoom van hoofd en hals (LA-HNSCC) is chemoradiotherapie (CRT) met cisplatine 100 mg/m² iedere drie weken. Deze hoge cisplatinedosering is echter geassocieerd met een hoog risico van toxiciteit. De multicenter fase 2-3 noninferioriteits-studie JCOG1008 in Japan heeft CRT met cisplatine 40 mg/m² iedere week geëvalueerd. Dr. Naomi Kiyota (Universiteit van Kobe) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Clinical Oncology.¹

De studie includeerde 261 patiënten die werden gerandomiseerd naar CRT met driewekelijks cisplatine (n=132) of wekelijks cisplatine (n=129). Na mediaan 2,2 jaar follow-up (IQR 1,19-3,56) was CRT met wekelijks cisplatine noninferieur aan CRT met driewekelijks cisplatine in termen van overall survival (HR 0,69; 99,1%-bti 0,374-1,273). In de de één-wekelijkse arm was de frequentie van graad 3 of 4 neutropenie (35% versus 49%) en graad 3 of 4 infectie (7% versus 12%) minder frequent dan in de drie-wekelijkse arm, evenals de frequentie van nierstoornis en hoorstoornis. Er waren geen behandelings-gerelateerde gevallen van overlijden in de drie-wekelijkse arm en twee (1,6%) in de één-wekelijkse arm.

De onderzoekers concluderen dat CRT met wekelijks cisplatine niet-inferieur is aan CRT met drie-wekelijks cisplatine als adjuvante behandeling voor hoog-risico LA-HNSCC, met een gunstig toxiciteitsprofiel.

1.Kiyota N, Tahara M, Mizusawa J et al. Weekly cisplatin plus radiation for postoperative head and neck cancer (JCOG1008): a multicenter, noninferiority, phase II/III randomized controlled trial. J Clin Oncol 2022; epub ahead of print

Summary: The standard adjuvant treatment for high-risk locally advanced squamous cell carcinoma of the head and neck is chemoradiotherapy with 3-weekly cisplatin 100 mg/m². However, the 3-weekly dosage is associated with high risk of toxities. The multicenter phase 2-3 JCOG1008 study in Japan found that chemoradiotherapy with weekly cisplatin is noninferior to 3-weekly cisplatin. Grade 3 or more neutropenia and infection were less frequent in the weekly arm.