
De studie includeerde 102 patiënten die tussen begin 2013 en eind 2016 chirurgie ondergingen voor glioblastoom. Aanwezigheid van tumorresidu werd bepaald met PET en MRI voor aanvang van de chemoradiotherapie (CRT) en tijdens de follow-up. Onder 89 patiënten met interpretabele resultaten van de scans was de TTR inderdaad langer onder de 29 patiënten zonder pre-CRT methionine-accumulatie dan onder de 60 patiënten met waarneembare accumulatie van methionine in de tumor (18,9 maanden versus 6,3 maanden; p<0,001). Hoewel MRI vaak niet alle PET-positieve gebieden detecteerde was met MRI-waargenomen residuele tumor eveneens voorspellend voor TTR (4,6 maanden versus 15,5 maanden in patiënten zonder MRI-gedetecteerde residuele tumor; p<0,001).
De onderzoekers concluderen dat in patiënten met glioblastoom postoperatieve PET/MRI de TTR met CRT kan voorspellen.
1.Seidlitz A, Beuthien-Baumann B, Löck S et al. Final results of the prospective biomarker trial PETra: [11C]-MET-accumulation in postoperative PET/MRI predicts outcome after radiochemotherapy in glioblastoma. Clin Cancer Res 2020; epub ahead of print
Summary: The German multicenter prospective study PETra found that postoperative PET/MIR-measured amino acid uptake in glioblastoma was prognostic for time-to-recurrence.