Er is
behoefte aan methoden om patiënten te identificeren die na chirurgie voor
glioblastoom profijt hebben van standaard-behandeling met adjuvant concurrent temozolomide en
radiotherapie (60 Gy). De Duitse multicenter prospectieve studie PETra heeft de
voorspellende waarde voor tijd-tot-recidief (TTR) geïnventariseerd van met postoperatieve
PET/MRI bepaalde opname van 11C-gelabeld methionine door de tumor. Dr.
Annekatrin Seidlitz (Universitätsklinikum Carl Gustav Carus, Dresden) en
collega’s publiceren de studie in Clinical Cancer Research.1
De studie
includeerde 102 patiënten die tussen begin 2013 en eind 2016 chirurgie
ondergingen voor glioblastoom. Aanwezigheid van tumorresidu werd bepaald met
PET en MRI voor aanvang van de chemoradiotherapie (CRT) en tijdens de follow-up.
Onder 89 patiënten met interpretabele resultaten van de scans was de TTR
inderdaad langer onder de 29 patiënten zonder pre-CRT methionine-accumulatie
dan onder de 60 patiënten met waarneembare accumulatie van methionine in de
tumor (18,9 maanden versus 6,3 maanden; p<0,001). Hoewel MRI vaak niet alle
PET-positieve gebieden detecteerde was met MRI-waargenomen residuele tumor eveneens
voorspellend voor TTR (4,6 maanden versus 15,5 maanden in patiënten zonder
MRI-gedetecteerde residuele tumor; p<0,001).
De
onderzoekers concluderen dat in patiënten met glioblastoom postoperatieve
PET/MRI de TTR met CRT kan voorspellen.
1.Seidlitz
A, Beuthien-Baumann B, Löck S et al. Final results of the prospective biomarker trial PETra: [11C]-MET-accumulation
in postoperative PET/MRI predicts outcome after radiochemotherapy in
glioblastoma. Clin Cancer Res 2020; epub ahead of print
Summary: The
German multicenter prospective study PETra found that postoperative PET/MIR-measured
amino acid uptake in glioblastoma was prognostic for time-to-recurrence.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)