Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Preleukemische klonale hematopoïese en risico van therapie-gerelateerde myeloïde neoplasmen

(0)2016-12-05 15:00   ( Nieuws )

Tags

TMNs  

Dr. Koichi TakahashiTherapie-gerelateerde myeloïde neoplasmen (TMNs) zijn secundaire maligniteiten die vaak fataal zijn. Risicofactoren voor TMNs zijn niet goed bekend. Dr. Koichi Takahashi (MD Anderson Cancer Center, Houston) en collega’s hebben onderzocht of bestaan van preleukemische klonale hematopoïese een TMN-risicofactor is. De studie is online gepubliceerd in The Lancet Oncology.1

De onderzoekers voerden een case-control studie uit van de prevalentie van klonale hematopoïese onder patiënten die werden behandeld voor kanker en later TMNs ontwikkelden (cases), vergeleken met patiënten die geen TMNs ontwikkelden (controls). Alle deelnemers werden tussen 1997 en 2016 behandeld bij MD Anderson. De cases ontwikkelden TMNs binnen vijf jaar na behandeling voor een primaire maligniteit. In de database van MD Anderson vonden de onderzoekers veertien van deze patiënten. Ze selecteerden 54 voor leeftijd gematchte controls die gedurende tenminste vijf jaar na behandeling voor lymfoom geen TMNs ontwikkeld hadden. Bestaan van preleukemische klonale hematopoïese werd bepaald aan de hand van sequencing van 32 genen in perifeer-bloedmonsters die waren verzameld voor aanvang van de behandeling.

De onderzoekers vonden klonale hematopoïese in bloedmonsters van tien van de veertien cases (71%) versus zeventien van vierenvijftig controls (31%). De vijf-jaars cumulatieve incidentie van TMNs in zowel cases als controls was significant hoger in patiënten met klonale hematopoïese (30%) dan in patiënten zonder klonale hematopoïese (7%; p=0,016).

De onderzoekers valideerden het bestaan van een relatie tussen preleukemische klonale hematopoiese en TMNs in een cohort van 74 patiënten die tussen 1999 en 2002 in het kader van een gerandomiseerde studie bij MD Anderson chemotherapie met of zonder melatonine hadden gekregen voor lymfoom. Van de 74 patiënten ontwikkelden er vijf TMNs, van wie vier (80%) preleukemische klonale hematopoïese hadden. Van de 69 patiënten die geen TMNs ontwikkelden hadden elf (16%) klonale hematopoïese. In dit cohort was de tien-jaars cumulatieve incidentie van TMNs significant hoger in patiënten met klonale hematopoïese (29%) dan in patiënten zonder klonale hematopoïese (0%). Aanwezigheid van klonale hematopoïese was geassocieerd met een significant verhoogd risico van het ontwikkelen van TMNs (HR 13,7; p=0,013).

De onderzoekers concluderen dat preleukemische klonale hematopoïese ten tijde van de primaire kankerdiagnose kan worden gezien in veel patiënten die later TMNs ontwikkelen. Klonale hematopoïese kan een predictieve marker zijn voor het identificeren van patiënten met een hoog TMN-risico.

1.Preleukaemical clonal haemopoiesis and risk of therapy-related myeloid neoplasms: a case-control study. Lancet Oncol 2016; epub ahead of print

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren