Medicatie-gerelateerde osteonecrose van de kaak (MRONJ) kan een bijwerking zijn van antiresorptieve middelen (ARDs) voor maligniteiten met botmetastasen. Een systematisch overzicht en meta-analyse van gepubliceerde studies heeft de prevalentie van MRONJ met verschillende gebruikelijke ARD-regimes geïnventariseerd. Prof. Marc Chambers en collega’s publiceren de analyse in Supportive Care in Cancer.¹

In de literatuur vonden de twaalf studies die voldeden aan de inclusiecriteria van de meta-analyse. In random effects meta-analysis was de gewogen gepoolde prevalentie van MRONJ 19% (95%-bti 10-27) voor sequentieel pamidronaat-zoledronaat; 10% (95%-bti 3-22) voor sequentieel ibandronaat-zoledronaat; 13% (95%-bti 3-22) voor sequentieel bisfosfonaat-denosumab; 5% (95%-bti 0-9) met alleen bisfosfonaat; en 4% (95%-bti 3-5) met alleen denosumab.

De onderzoekers concluderen dat sequentiële behandeling met pamidronaat-zoledronaat en bisfosfonaat-denosumab, vergeleken met ARD monotherapie, geassocieerd was met verhoogd risico van MRONJ.

1.Srivastava A, Nogueras Gonzalez GM, Geng Y et al. Prevalence of medication related osteonecrosis of the jaw in patients treated with sequential antiresorptive drugs: systematic review and meta-analysis. Supp Care Cancer 2020; epub ahead of print

Summary: A meta-analysis of 12 studies found increased prevalence of medication-related osteonecrosis of the jaw associated with sequential pamidronate-zoledronate and bisphosphonate-denosumab compared to single antiresorptive drug therapy.