Tromboëmbolische
gebeurtenissen (TEs) hebben een substantieel ongunstige impact op overleving en
kwaliteit van leven van patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC).
TEs zijn gezien in 5% tot 15% van de NSCLC-patiënten. Onder patiënten met ALK- of ROS1-fusie zijn deze percentages beduidend hoger (30% tot 48%). Een
retrospectieve studie in het Institut Gustave Roussy (Villejuif, Frankrijk)
heeft de prevalentie van TEs onder patiënten met NSCLC met RET-fusie (1% tot 2% van alle NSCLCs) geïnventariseerd. Dr.
Benjamin Besse en collega’s publiceren de studie in JAMA Oncology.1
De studie
includeerde 39 vrouwen en 27 mannen (mediane leeftijd 61 jaar; IQR 54-70) met
gevorderd NSCLC met RET-fusies tussen
begin 2010 en eind 2022. TEs werden gedefinieerd als diep-veneuze trombose
(DVT), pulmonaire embolie (PE) of arteriële trombose (AT) vanaf zes maanden
voorafgaand aan de NSCLC diagnose. Tijdens mediaan 49,4 maanden follow-up (IQR
17,1-103) werd tenminste één TE gezien in 32 patiënten (48%). Er waren geen
significante verschillen tussen patiënten met versus zonder TEs in geslacht,
rookgewoonten, histologie, RET-fusiepartner,
diabetes, arteriële hypertensie, dyslipidemie, of Khorana-score. Patiënten met
TEs waren jonger dan patiënten zonder TEs (mediaan 58 versus 67 jaar; p=0,045).
De
onderzoekers concluderen dat onder patiënten met gevorderd NSCLC met RET-fusies
de prevalentie van TEs hoog was, vergelijkbaar met wat is gezien onder
patiënten met NSCLC met ALK- of ROS1-fusies.
1.Aldea M, Marinello A, Guyon D et al.
Prevalence of thromboembolic events in patients with non-small cell lung cancer
and RET fusions. JAMA Oncol 2023.3625
Summary: A retrospective cohort study in France
found that among patients with NSCLC with RET fusions the prevalence of thromboembolic
events is high.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)