Hoewel 18F-FDG-PET
gewoonlijk wordt gebruikt voor initiële stadiumbepaling en evaluatie van de
therapeutische respons van agressieve lymfomen, is er nog geen consensus over
de prognostische waarde van de bepaling in mantelcellymfoom (MCL). Een
retrospectieve studie in Zuid-Korea heeft de correlaties van interim-PET (iPET)
en end-of-treatment PET (ePET)
respons met overleving geanalyseerd. Prof. Seok-Goo Cho (Katholieke
Universiteit van Korea, Seoel) en collega’s publiceren de studie online in het British Journal of
Haematology.1
De studie
includeerde 89 achtereenvolgende patiënten die frontline R-CHOP kregen voor gevorderd
MCL De patiënten ondergingen PET voor aanvang, na de derde R-CHOP cyclus (interim), en na voltooiing van de behandeling. De figuur toont de belangrijkste resultaten van de studie. I-PET positiviteit
was sterk geassocieerd met inferieure vijf-jaars overall survival (HR 7,84;
p<0,0001) en vijf-jaars progressievrije overleving (HR 3,34; p<0,0001).
OS en PFS waren het meest gunstig in patiënten met een negatieve iPET en een
negatieve ePET (‘early metabolic responders’),
gevolgd door patiënten met een positieve iPET en een negatieve ePET (‘delayed metabolic responders’),
patiënten met een negatieve iPET en een positieve ePET (‘loss-metabolic responders’), en tenslotte de patiënten met een
positieve iPET en een positieve ePET (‘never
metabolic responders’).
De
onderzoekers concluderen dat de studie suggereert dat iPET prognostisch is voor
OS en PFS na frontline R-CHOP voor MCL.
1.Jeon Y-W, O J-H, Park K-S et al.
Prognostic impact of interim positron emission tomography in mantle cell
lymphoma patients treated with frontline R-CHOP. Br J Haematol 2019; epub ahead
of print