Chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie (CIPN) is een doseringslimiterende bijwerking van gebruik van taxanen voor maligniteiten. Akiko Hanai, student bij de Universiteit van Kyoto (Japan) en coauteurs hebben een prospectieve studie uitgevoerd van de waarde van cryotherapie voor CIPN in vrouwen die paclitaxel kregen (twaalf weken 80 mg/m² gedurende een uur eenmaal per week) voor mammacarcinoom. Ze publiceren de studie online in het Journal of the National Cancer Institute.¹

De studie includeerde veertig patiënten, die gedurende negentig minuten inclusief de toedieningstijd van paclictaxel bevroren handschoenen en sokken droegen aan de dominante hand en voet, met de andere hand en voet als controle. Vier deelneemsters vielen uit voor het bereiken van de cumulatieve paclitaxel/dosering van 960 mg/m² (wegens pneumonie, vermoeidheid, leverdysfunctie, en maculair oedeem) ; er waren geen uitvallers wegens koude-intolerantie.

Het primaire eindpunt van de studie was verandering in tactiele gevoeligheid ten opzichte van een baseline-bepaling (monofilament-test). Panel A laat zien dat de interventie voor zowel de hand als de voet resulteerde in significante vermindering van CIPN. Panel B toont het effect van de interventie op verstoring van warmte- en koudegevoeligheid. Panel C toont het effect op defecten in dexteriteit.

De onderzoekers concluderen dat cryotherapie bruikbaar is voor preventie van objectieve en subjectieve symptomen van CIPN en resulterende dysfunctie.

1.Hanai A, Ishiguro H, Shozu T et al. Effects of cryotherapy on objective and subjective symptoms of paclitaxel-induced neuropathy: Porspective self-controlled trial. J Natl Cancer Inst 2017; epub ahead of print