Logo Jan Blom
Login

Oncologisch onderzoek.nl

Receptorstatus-verandering en overleving na neoadjuvante chemotherapie bij borstkanker

(0)2014-02-07 11:36   ( Nieuws )

Het subtype van de tumor is bepalend voor de behandelingskeus en de prognose. Tumoren kunnen echter heterogeen zijn, en niet stabiel zijn in de ER-. PR- en HER2-status Tijdens het Breast Cancer Symposium 2013 in San Francisco presenteerden onderzoekers van het MD Anderson Cancer Center (University of Texas) de resultaten van een studie naar veranderingen in receptorstatus tussen primaire en residuele ziekte na neoadjuvante chemotherapie.1

Aan de studie werd deelgenomen door 398 patiënten. De onderzoekers bepaalden de ER-, PR- en HER2-status tijdens primaire en residuele ziekte. Bij 162 patiënten (40,7%) werd een verandering gezien in tenminste één biomarker. Van de 211 ER-positieve tumoren veranderden er 23 (10,9%) naar ER-negatief, en van de 187 ER-negatieve tumoren veranderden er 39 (20,8%) naar ER-positief. Van de 162 PR-positieve tumoren veranderden er 57 (32%) naar PR-negatief, en van de 235 PR-negatieve tumoren veranderden er 28 (11,9%) naar PR-positief. Van de 72 HER2-positieve tumoren veranderden er 29 (40%) naar naar HER2-negatief. Bij de 35 trastuzumab-behandelde patiënten werd bij 16 (45,7%) een HER2-statusverandering waargenomen.

Na een follow-up van mediaan 40 maanden waren 128 patiënten (32%) overleden. Bij 167 patiënten (41,8%) was recidief opgetreden. Bij de patiënten met tenminste één verandering in receptorstatus bedroeg de vijf-jaars overleving 73%; bij de patiënten zonder verandering in receptorstatus bedroeg de vijf-jaars overleving 63% (p=0,07). Bij de patiënten met tenminste één verandering in receptorstatus bedroeg de vijf-jaars recidiefvrije overleving 63%; bij de patiënten zonder verandering in receptorstatus bedroeg de vijf-jaars recidiefvrije overleving 48% (p=0,003). Bij de patiënten met bij aanvang ER-positieve tumoren bedroeg de vijf-jaars overleving bij een ER-afname minder dan 20% 73% en bij een ER-afname meer dan 20% 87% (p=0,03). Bij de patiënten met bij aanvang ER-positieve tumoren bedroeg de vijf-jaars recidiefvrije overleving bij een ER-afname minder dan 20% 59% en bij een ER-afname meer dan 20% 71% (p=0,03). Verandering in enige receptor was geassocieerd met betere recidiefvrije overleving (HR 0,63; 95%-betrouwbaarheidsinterval 0,44-0,9), maar niet met een betere totale overleving na mediaan veertig maanden (HR 0,79; 95% bti 0,53-1,18).

De onderzoekers concluderen dat veranderingen in ER-, PR- en HER2-status tussen primaire en residuele ziekte frequent voorkomen. In deze studie was verandering in biomarkerstatus geassocieerd met een significant verbeterde recidiefvrije overleving.


Referentie
1. Painyanitikul N, Lei X, Chavez-MacGregor M et al. Receptor status change from primary to residual breast cancer after neoadjuvant chemotherapy (NCT) and analysis of survival outcome. Breast Cancer Symposium 2013 San Francisco, abstr. 48

Commentaren


Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie.  (Login)

Nog geen commentaren