Prof. Steven Narod (Women’s College Research Institute, Toronto) en collega’s hebben een studie uitgevoerd van de relatie tussen lokaal recidief en ziektespecifieke mortaliteit in vroeg-stadium mammacarcinoom. De uitkomsten van de studie zijn online gepubliceerd in Breast Cancer Research and Treatment.¹ De onderzoekers analyseerden gegevens van 1675 vrouwen die tussen 1987 en 2009 bij WCRI borstsparende chirurgie ondergingen voor stadium 0 (DCIS), I, of II mammacarcinoom.

Na mediaan 13,1 jaar follow-up was lokaal recidief gediagnostiseerd in 243 deelneemsters (14,5%) en waren 281 deelneemsters (16,8%) overleden aan mammacarcinoom. De vijftien-jaars waarschijnlijkheid van lokaal recidief was 16% voor vrouwen met DCIS, 15% voor vrouwen met stadium I mammacarcinoom, en 16% voor vrouwen met stadium II mammacarcinoom. De vijftien-jaars mammacarcinoomspecifieke mortaliteit was 3% voor vrouwen met DCIS, 10% voor vrouwen met stadium I mammacarcinoom, en 30% voor vrouwen met stadium II mammacarcinoom. Na het optreden van lokaal recidief was de vijtien-jaars ziektespecifieke mortaliteit 16% voor vrouwen met DCIS, 32% voor vrouwen met stadium I mammacarcinoom, en 59% voor vrouwen met stadium II mammacarcinoom.

De onderzoekers concluderen dat over het spectrum van vroege stadia van mammacarcinoom het risico van lokaal recidief niet geassocieerd is met de ziektespecifieke mortaliteit. Na lokaal recidief hangt de mammacarcinoomspecifieke mortaliteit samen met het initiële stadium bij de diagnose.

1.Sopik V, Nofech-Mozes S, Sun P, Narod SA. The relationship between local recurrence and death in early-stage breast cancer. Breast Cancer Res Treat 2015; epub ahead of print