Prof. Kamila Czene (Karolinska Instituut, Stockholm) en collega’s hebben een studie uitgevoerd van het risico van hospitalisatie en overlijden vanwege botfracturen in overlevers van mammacarcinoom. De studie is online gepubliceerd in het British Journal of Cancer.¹ De onderzoekers inventariseerden in Zweedse nationale registers de incidentie van hospitalisatie vanwege botfracturen in vrouwen met of zonder een voorafgaande diagnose mammacarcinoom.

Onder de patiënten met een diagnose mammacarcinoom was het vijf-jaars risico van hospitalisatie vanwege een botfractuur 4,8%, en het dertig-dagen risico van overlijden na hospitalisatie vanwege een fractuur 2,0%. Vergeleken met de algemene bevolking hadden mammacarcinoompatiënten een incidence rate ratio van hospitalisatie wegens enige fractuur van 1,25 (95%-bti 1,23-1,28) en vanwege heupfractuur van 1,18 (95%-bti 1,14-1,22). Deze IRRs bleven significant verhoogd tot tien jaar na de diagnose. Comorbiditeiten (Charlson 1 of hoger) waren geassocieerd met het risico van hospitalisatie met botfractuur. Vrouwen die aromataseremmers gebruikten hadden een verhoogd risico van hospitalisatie met een fractuur vergeleken met vrouwen die tamoxifen gebruikten (HR 1,48; 95%-bti 0,98-2,22). Mammacarcinoompatiënten die in een ziekenhuis opgenomen werden vanwege botfractuur hadden een hoger risico van overlijden dan vrouwen die zonder fractuur gehospitaliseerd werden (HR 1,83; 95%-bti 1,50-2,22).

De onderzoekers concluderen dat vrouwen met een geschiedenis van mammacarcinoom een verhoogd risico hebben van hospitalisatie vanwege een botfractuur, met name als ze comorbiditeiten hebben.

1.Colzani E, Clements M, Johansson ALV et al. Risk of hospitalisation and death due to bone fractures after breast cancer: a registry-based cohort study. Br J Cancer 2016; epub ahead of print