De studie includeerde 2822 inwoners van Zweden die tijdens de adolescentie (gedefinieerd als leeftijd dertien tot twintig jaar) een diagnose van een maligniteit kregen, en 28.220 gematchte controlepersonen. De schattingen van het risico van mentale-gezondheidsproblemen werden gecorrigeerd voor kalenderperiode en kenmerken van de ouders (waaronder geschiedenis van psychiatrische diagnose, opleidingsniveau, en geboorteland).
Vergeleken met de controlepersonen hadden de deelnemers met een tijdens de adolescentie gediagnostiseerde maligniteit een verhoogd risico van psychiatrische diagnose tijdens de eerste vijf jaar na de diagnose van de maligniteit (vrouwen HR 1,23; 95%-bti 1,06-1,44; mannen 1,32; 1,11-1,56) en meer dan vijf jaar na de diagnose (vrouwen 1,31; 1,09-1,58; mannen 1,45; 1,18-1,77). Gedurende de eerste vijf jaar na de diagnose van de maligniteit waren ook de risico’s verhoogd van het voorgeschreven krijgen van antidepressiva (vrouwen HR 1,54; 95%-bti 1,30-1,84; mannen 2,06; 1,66-2,55), antipsychotica (vrouwen 2,28; 1,56-3,34; mannen 3,07; 2,13-4,42), anxiolytica (vrouwen 1,95; 1,64-2,31; mannen 4,02; 3,34-4,84), en sedativa (vrouwen 2,24; 1,84-2,72; mannen 3,91; 3,23-4,73). De mediane leeftijd van eerste psychiatrische diagnose en eerste voorschrift van psychotrope medicatie was 18 jaar.
De onderzoekers concluderen dat de diagnose van een maligniteit tijdens de adolescentie geassocieerd is met verhoogd risico van mentale-gezondheidsproblemen, die vrij spoedig na de diagnose kunnen ontstaan.
1.Hovén E, Ljung R, Ljungman G et al. Increased risk of mental health problems after cancer during adolescence: a register based cohort study. Int J Cancer 2020; epub ahead of print
Summary: A study in Sweden found an increased risk of a psychiatric diagnosis and of being prescribed psychotropic drugs in patients with a cancer diagnosis in adolescence (13-19 years) compared with a matched group in the general population.