
De studie is gebaseerd op SEER-databasegegevens van een cohort van 381.430 vrouwen met een diagnose vroeg-stadium mammacarcinoom tussen begin 1992 en eind 2013. De onderzoekers pasten op de overlevingsdata een statistisch mixture-cure model toe. Het model berekent de tijd tussen diagnose en metastase (A) op basis van geregistreerde gegevens van tijd tussen diagnose en overlijden (B) en resultaten van studies van tijd tussen metastase en overlijden (C) waar B – C logischerwijze gelijk moet zijn aan A.
Het model laat zien dat in het mammacarcinoom-cohort het risico van recidief hoger is in vrouwen met diagnose op hogere leeftijd, eerdere kalenderperiode, meer gevorderd stadium, en HR-negatieve ziekte. Voor vrouwen gediagnostiseerd tussen 2000 en 2014 in de leeftijd van zestig tot vijfenzeventig jaar bedroeg het voorspelde percentage met recidief binnen vijf jaar 2,5%; 9,6%; en 34,5% voor stadia I, II, en III in geval van HR-positieve ziekte, en 6,5%; 20,2%; en 48,5% voor stadia I, II, en III in geval van HR-negatieve ziekte. Hoewel patiënten met HR-positieve ziekte dus een lager risico van recidief hebben in de eerste vijf jaar na de diagnose is hun risico in langere follow-up hoger.
De onderzoekers concluderen dat het mogelijk is informatie over risico van metastatisch recidief te verkrijgen uit beschikbare gegevens
1.Mariotto AB, Zou Z, Zhang F et al. Can we use survival data from cancer registries to learn about disease recurrence? The case of breast cancer. Cancer Epidemiol Biomarkers Prev 2018; epub ahead of print
Summary: A mixture-cure model analysis of the SEER database (1992-2013) showed that it is possible to extract information about the risk of metastatic recurrence of early-stage breast cancer. The risk of recurrence is higher for women diagnosed with breast cancer at older age, earlier period, more advanced stage, and HR negative tumors. But although HR-positive cases have a lower risk of recurrence soon after diagnosis, their risk persists longer than for HR-negative cases.