De onderzoekers berekenden de leeftijdsgestratificeerd tien-jaars ziektespecifieke cumulatieve mortaliteit (DSCM) met een risicoprojectiemodel gebaseerd op gepubliceerde biologische kenmerken en SEER-data. Voor vrouwen met een DCIS-diagnose op de leeftijd van 40 jaar bedroeg het geprojecteerde mediane verschil in tien-jaars DSCM tussen AS en UC 2,6%, met een 95%-projectierange van 1,4% tot 5,1%. Deze projectie komt overeen met 38,3 patiënten die behandeld moeten worden om één overlijden door mammacarcinoom te voorkomen. Bij DCIS-diagnose op de leeftijd van 55 en 70 jaar was het geprojecteerde verschil tussen AS en UC 1,5% (95%-projectierange 0,5% tot 3,5%) respectievelijk 0,6% (95%-projectierange 0,0% tot 2,4%), en bedroegen de NNTs 67,3 respectievelijk 157,2.
De onderzoekers concluderen dat AS een levensvatbare managementstrategie zou kunnen zijn voor geselecteerde DCIS-patiënten, met name in oudere leeftijdgroepen en patiënten met substantiële risico’s van competing mortality.
1.Ryser MD, Worni M Turner EL et al. Outcomes of active surveillance for ductal carcinoma in situ: a computational risk analysis. J Natl Cancer Inst 2015; epub ahead of print