Het is
denkbaar dat veranderingen in diagnose en behandeling van prostaatcarcinoom
gedurende de laatste twintig jaar hebben geresulteerd in veranderingen van de
prognose. Een Zweden-brede studie heeft tijdstrends in oorzaakspecifieke mortaliteit
na radicale prostatectomie voor gelokaliseerd prostaatcarcinoom gediagnostiseerd
tussen 2000 en 2010 geïnventariseerd. Dr. Frederik Thomsen (Universiteit van
Kopenhagen, Denemarken) en collega’s publiceren de studie in het Journal of Surgical
Oncology.1
De studie
includeerde 19.330 mannen met een mediane follow-up van 12,4 jaar. De
negen-jaars overall mortaliteit nam af van 9,4% (95%-bti 8,4-10,5) onder mannen
met een diagnose in 2000 tot en met 2002 tot 7,3% (6,5-8,0) onder mannen met
een diagnose in 2009 en 2010. De negen-jaars cumulatieve
prostaatcarcinoom-specifieke mortaliteit nam af met 1,7% (1,1-1,8) in 2000-2002
tot 1,4% (1,1-1,8) in 2009-2010. Deze afname van de mortaliteit werd gedreven
door een afname onder mannen met intermediair-risico ziekte van 2,8% (1,8-3,8)
in 2000-2002 tot 1,2% (0,8-1,7) in 2009-2010. De niet-prostaatcarcinoom
specifieke mortaliteit nam af van 7,8% (6,8-8,8) in 2000-2002 tot 5,9%
(5,2-6,5) in 2009-2010.
De
onderzoekers concluderen dat tijdens de studieperiode de
prostaatcarcinoom-specifieke mortaliteit afnam onder mannen met
intermediair-risico ziekte. Onder mannen met laag- en hoog-risico ziekte was er
geen significante verandering van de prostaatcarcinoom-specifieke mortaliteit.
1.Thomsen
FB, Garmo H, Brasso K et al. Temporal
changes in cause-specific death in men with localised prostate cancer treated
with radical prostatectomy: a population-based, nationwide study. J Surg Oncol
2021; epub ahead of print
Summary: A nationwide study in Sweden found
that among men treated with radical prostatectomy for localized prostate
cancer, the prostate cancer-specific mortality decreased from 2000-2010. This
decrease was restricted to men with intermediate-risk disease.
Commentaren
Reageren op dit artikel is mogelijk na registratie. (Login)