
In de SEER-database identificeerden de onderzoekers 282.969 vijf-jaar overlevers van AYA-maligniteiten gediagnostiseerd tussen begin 1975 en eind 2011. De overlevers werden gevolgd tot eind 2016. De vijf-jaars overleving (dus tussen vijf en tien jaar na de diagnose) nam af van 8,3% (95%-bti 8,0-8,6) in de groep met diagnose van 1975 tot en met 1984 tot 5,4% (95%-bti 5,3-5,6) in de groep met diagnose van 2005 tot en met 2011. Deze afname werd voor een groot deel verklaard uit afname in de mortaliteit van de primaire maligniteit (6,8% in 1975-1984; 4,2% in 2005-2011). Voor sommige typen maligniteiten werd er echter slechts geringe verbetering gezien (maligniteiten van colorectum, bot, cervix/uterus, blaas, en sarcoom). Er was enige afname van de late mortaliteit van niet-maligniteitgerelateerde niet-externe oorzaken voor patiƫnten met Hodgkin lymfoom, leukemie, en maligniteiten van nier, hoofd en hals, en trachea, long, en bronchus.
De onderzoekers concluderen dat over de afgelopen vier decennia de all-cause en ziektespecifieke mortaliteit onder vijf-jaar overlevers van AYA-maligniteiten lager geworden is, maar dat dit niet in gelijke mate is gezien voor alle typen maligniteiten.
1.Anderson C, Nichols HB. Trends in late mortality among adolescent an young adult (AYA) cancer survivors. J Natl Cancer Inst 2020; epub ahead of print
Summary: An analysis of the SEER database found that over the past four decades, all-cause and cancer-specific mortality have decreased among five-year AYA cancer survivors overall, but several cancer types have not shared in these improvements.